ECLI:NL:RVS:2006:AU9788
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H. Troostwijk
- J.A.W. Huijben
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bestuursdwang door college van burgemeester en wethouders van 's-Gravenhage
Op 11 januari 2006 heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Dit verzoek was ingediend door verzoekers tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van 's-Gravenhage, dat hen had gelast een dakkapel op hun perceel te verwijderen, af te breken of aan te passen aan de geldende regelgeving. Het college had deze last opgelegd op 16 december 2003, en het bezwaar van verzoekers tegen dit besluit was door het college ongegrond verklaard op 21 december 2004. De rechtbank 's-Gravenhage had op 17 oktober 2005 het beroep van verzoekers tegen deze beslissing eveneens ongegrond verklaard.
Verzoekers hebben op 28 november 2005 hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, en hebben daarnaast verzocht om een voorlopige voorziening. De Voorzitter heeft het verzoek op 5 januari 2006 ter zitting behandeld, waarbij zowel verzoekers als het college vertegenwoordigd waren. In zijn overwegingen concludeerde de Voorzitter dat er geen aanleiding was om aan te nemen dat de eerdere uitspraak van de rechtbank in de bodemprocedure niet in stand zou blijven. De Voorzitter oordeelde dat het betoog van verzoekers geen aanknopingspunten bood voor de conclusie dat het college onterecht bestuursdwang had toegepast.
Uiteindelijk heeft de Voorzitter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 11 januari 2006.