ECLI:NL:RVS:2006:AV0238
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H. Troostwijk
- L. Groenendijk
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake kapvergunning voor bomen aan de Albert Schweitzerlaan
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 18 januari 2006 uitspraak gedaan op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening. Het verzoeker, het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn, had op 11 februari 2005 een vergunning verleend voor het vellen van veertien bomen op een perceel aan de Albert Schweitzerlaan. Dit besluit werd aangevochten door de wederpartijen, die bezwaar maakten tegen de kapvergunning. Op 14 oktober 2005 verklaarde de voorzieningenrechter van de rechtbank Zutphen het beroep van de wederpartijen gegrond en schorste de kapvergunning, wat leidde tot het hoger beroep van verzoeker bij de Raad van State.
Verzoeker stelde dat er een spoedeisend belang was bij het opheffen van de schorsing, omdat de aansluiting van het fietspad Albert Schweitzerlaan-Gezondheidspark niet gerealiseerd kon worden zolang de kapvergunning geschorst was. Verzoeker wilde de werkzaamheden aan het fietspad zo snel mogelijk afronden. Tijdens de zitting op 5 januari 2006 werd duidelijk dat verzoeker en de wederpartijen overeenstemming hadden bereikt over het aantal te kappen bomen, dat beperkt zou worden tot zes bomen die in het tracé van het fietspad stonden. De overige bomen zouden behouden blijven.
De Voorzitter oordeelde dat, gezien de overeenstemming tussen partijen, verzoeker een nieuwe beslissing op bezwaar kon nemen, waardoor de schorsing van de kapvergunning zou vervallen. Hierdoor was er volgens de Voorzitter geen spoedeisend belang meer bij het verzoek om voorlopige voorziening. Het verzoek werd dan ook afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.