ECLI:NL:RVS:2006:AV1791
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- D.A.C. Slump
- I.A. Molenaar
- Rechtspraak.nl
Intrekking van jachtakte en voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de korpschef van de politieregio Utrecht op 1 maart 2005 de jachtakte van de wederpartij ingetrokken voor het seizoen 2004/2005. De wederpartij heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd door de korpschef ongegrond verklaard. De arrondissementsrechtbank Utrecht heeft op 29 november 2005 het beroep van de wederpartij gegrond verklaard, het besluit van de korpschef vernietigd en hem opgedragen om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen. De korpschef heeft hiertegen hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld op 2 februari 2006. De kern van het geschil betreft de vraag of de wederpartij op de hoogte was van de aanwezigheid van voerplaatsen in het jachtgebied, wat in strijd zou zijn met de Flora- en faunawet. De Voorzitter heeft overwogen dat de korpschef met zijn verzoek om een voorlopige voorziening een oordeel wil verkrijgen over de rechtmatigheid van de intrekking van de jachtakte, maar dat deze duidelijkheid alleen kan worden verkregen in de bodemprocedure.
Uiteindelijk heeft de Voorzitter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en de korpschef veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de wederpartij, die op € 322,00 zijn vastgesteld. De uitspraak is openbaar gedaan op 10 februari 2006.