ECLI:NL:RVS:2006:AX0716
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- K. Brink
- G.K. Klap
- Rechtspraak.nl
Schorsing van besluit tot intrekking vergunning Wet verontreiniging oppervlaktewateren
Op 4 april 2006 heeft het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier het verzoek van Solvay Draka B.V. om intrekking van de aan haar verleende vergunning op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren afgewezen. Solvay Draka B.V. heeft hiertegen beroep ingesteld bij de Raad van State en verzocht om een voorlopige voorziening. De Voorzitter heeft het verzoek op 24 april 2006 ter zitting behandeld, waarbij zowel verzoekster als verweerder vertegenwoordigd waren.
De Voorzitter overweegt dat het besluit van verweerder waarschijnlijk niet in stand zal blijven, omdat de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet is toegepast. Dit is in strijd met het recht, wat aanleiding geeft tot schorsing van het besluit. De Voorzitter heeft daarom besloten om het besluit van 4 april 2006 te schorsen en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten van verzoekster, alsook tot terugbetaling van het griffierecht.
De beslissing van de Voorzitter is niet bindend voor de bodemprocedure, maar biedt verzoekster wel een tijdelijke bescherming totdat er een definitieve uitspraak is gedaan. De proceskosten zijn vastgesteld op € 644,00, en het griffierecht bedraagt € 281,00. Deze bedragen dienen door het Hoogheemraadschap aan verzoekster te worden vergoed.