ECLI:NL:RVS:2006:AY3649
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- T.M.A. Claessens
- S.H. van den Ende
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bouwvergunning voor appartementen en patiowoningen te Heerlen
Op 4 juli 2006 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een hoger beroep. Het college van burgemeester en wethouders van Heerlen had op 21 december 2004 een bouwvergunning verleend aan Medilaco B.V. voor het bouwen van 14 appartementen en 7 patiowoningen op het perceel Frankenlaan 1 te Heerlen, onder verlening van vrijstelling. Verzoeker, die bezwaar had gemaakt tegen deze vergunning, stelde dat de bouwplannen zijn bedrijfsvoering zouden belemmeren.
Na een eerdere uitspraak van de rechtbank Maastricht op 27 april 2006, waarin het beroep van verzoeker gegrond werd verklaard en het besluit op bezwaar werd vernietigd, heeft verzoeker bij de Raad van State een verzoek om voorlopige voorziening ingediend. Dit verzoek werd behandeld op 15 juni 2006, waarbij verzoeker werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. J.J.G. Palmen, en het college werd vertegenwoordigd door mr. J.A.L. Devoi. Medilaco B.V. was ook aanwezig, vertegenwoordigd door mr. R.J.H.M. Crombaghs.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, T.M.A. Claessens, oordeelde dat er geen aanleiding was om aan te nemen dat de eerdere uitspraak van de rechtbank in de bodemprocedure niet in stand zou blijven. De Voorzitter concludeerde dat de genomen besluiten in het algemeen uitvoerbaar zijn, ook als daartegen een rechtsmiddel is aangewend. Gelet op de geluidsmetingen die het college had uitgevoerd, was het niet aannemelijk dat verzoeker in zijn bedrijfsvoering zou worden belemmerd door het bouwplan.
Uiteindelijk werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 4 juli 2006.