Uitspraak
200604439/1, afgewezen.
Raad van State
In deze zaak heeft de Raad van State op 27 september 2006 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening van de besloten vennootschap Ardella B.V., gelegen aan de Groenestraat 6a te Oosterhout (Gld.). De zaak betreft een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Overbetuwe, dat op 14 maart 2006 bestuursdwang heeft toegepast op het party- en conferentiecentrum Ardella. Dit besluit was genomen naar aanleiding van een overtreding van voorschrift 1.1.1 van het Besluit horeca-, sport- en recreactie-inrichtingen milieubeheer. Verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening, die op 15 september 2006 ter zitting is behandeld.
Tijdens de zitting is verzoekster vertegenwoordigd door haar advocaat mr. H.A. Sarolea, terwijl verweerder werd vertegenwoordigd door mr. D.R. Sonneveldt, mr. M. Wasser en T.J.P. Polman. Daarnaast was er een derde partij aanwezig, vertegenwoordigd door mr. A.A.M. van der Aa en M.W. Greveling. Verzoekster voerde aan dat er gewijzigde omstandigheden waren ten opzichte van een eerder verzoek om voorlopige voorziening, dat op 16 augustus 2006 was afgewezen. Zij had maatregelen getroffen, zoals het terugplaatsen van de hoofdingang en het verlagen van het geluidniveau.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft echter geoordeeld dat de door verzoekster genomen maatregelen niet voldoende waren om aan te tonen dat de geluidgrenswaarden niet zouden worden overschreden. De Voorzitter heeft de eerdere uitspraak bevestigd en het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 27 september 2006.