ECLI:NL:RVS:2006:AZ2256
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- M. Oosting
- C. Taal
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Buitengebied Gendt
Op 9 november 2006 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot het bestemmingsplan "Buitengebied Gendt, herziening perceel Dries 25". Dit bestemmingsplan was op 22 december 2005 vastgesteld door de gemeenteraad van Lingewaard. Verzoekers hebben op 29 augustus 2006 beroep ingesteld tegen de goedkeuring van dit plan door het college van gedeputeerde staten van Gelderland, die op 11 juli 2006 had plaatsgevonden. In hun verzoek vroegen zij de Voorzitter van de Raad van State om een voorlopige voorziening te treffen, omdat zij vreesden voor onomkeerbare gevolgen van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
Tijdens de zitting op 27 oktober 2006 zijn de verzoekers in persoon verschenen, terwijl de verweerder werd vertegenwoordigd door P.G.A.L. Evers, ambtenaar van de provincie. Ook de gemeenteraad van Lingewaard was vertegenwoordigd door R.L. Noppen en B. Jansen. De Voorzitter heeft overwogen dat het gebruik van het perceel Dries 25 voor kleinschalig kamperen mogelijk is, maar dat dit gebruik geen blijvende onomkeerbare gevolgen met zich meebrengt. De verzoekers stelden dat het toestaan van kleinschalig kamperen in strijd is met provinciaal en gemeentelijk beleid en dat er een spuitzone van ten minste 50 meter moet worden gehanteerd vanwege agrarisch gebruik van aangrenzende gronden.
De Voorzitter concludeerde dat er geen sprake was van onverwijlde spoed die het treffen van een voorlopige voorziening vereiste, en heeft het verzoek afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 9 november 2006.