ECLI:NL:RVS:2006:AZ3188
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- M. Oosting
- B.C. Bosnjakovic
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Burgemeesterswijk Maassluis
Op 20 november 2006 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot het bestemmingsplan "Burgemeesterswijk Maassluis". Dit bestemmingsplan was op 29 juni 2005 vastgesteld door de gemeenteraad van Maassluis, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders. Verzoeker, die zich niet kon verenigen met de goedkeuring van het plandeel met de bestemming "Woongebied (W-1)" aan de Merellaan, heeft op 19 september 2006 de Voorzitter van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, zodat de bouw van drie woontorens onmiddellijk zou worden stopgezet.
De Voorzitter heeft het verzoek op 9 november 2006 ter zitting behandeld, waarbij verzoeker en vertegenwoordigers van de verweerder, het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland, aanwezig waren. De Voorzitter heeft overwogen dat de bouwvergunning voor de woontorens, die was verleend op basis van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, nog niet onherroepelijk was. Tevens was er al een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam die het verzoek om een voorlopige voorziening had afgewezen.
De Voorzitter concludeerde dat verzoeker geen spoedeisend belang had bij de schorsing van de goedkeuring van het bestemmingsplan, aangezien de bouwvergunning en vrijstelling niet geraakt zouden worden door een schorsing van het bestemmingsplan. Daarom werd het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening afgewezen. Er was ook geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 20 november 2006.