ECLI:NL:RVS:2007:AZ6834

Raad van State

Datum uitspraak
15 januari 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200607727/2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • P.J.J. van Buuren
  • A.J. Soede
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan "Zeelst" van de gemeenteraad van Veldhoven

Op 14 februari 2006 heeft de gemeenteraad van Veldhoven het bestemmingsplan "Zeelst" vastgesteld. Tegen dit besluit heeft de verzoeker op 21 oktober 2006 beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij hij tevens verzocht om een voorlopige voorziening. De Voorzitter heeft het verzoek op 14 december 2006 ter zitting behandeld, waarbij de verzoeker in persoon aanwezig was, terwijl de verweerder en het gemeentebestuur van Veldhoven afwezig waren.

De Voorzitter overweegt dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. De verzoeker stelt dat de goedkeuring van de aanduiding "hoofdvoorgevelrooilijn" aan de zijde van de Trog onterecht is verleend. Hij beoogt handhaving door de gemeente Veldhoven tegen de zonneluifel op het perceel De Stoop 2 te voorkomen en de hoofdvoorgevelrooilijn te verplaatsen. De verzoeker is van mening dat deze aan de zijde van de Stoop moet liggen, omdat daar de voordeur is en de huisnummering is georiënteerd.

De Voorzitter merkt op dat het college van burgemeester en wethouders heeft aangegeven medewerking te willen verlenen aan een vrijstellingsprocedure en niet van plan is om handhavend op te treden. Bovendien is gebleken dat de zonneluifel zonder schade kan worden verwijderd, wat betekent dat er geen onherstelbare situatie ontstaat bij eventuele handhaving. De verzoeker heeft geen spoedeisend belang aangetoond dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt.

Daarom wijst de Voorzitter het verzoek af en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 15 januari 2007.

Uitspraak

200607727/2.
Datum uitspraak: 15 januari 2007
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoeker], wonend te [woonplaats],
en
het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant,
verweerder.
1.    Procesverloop
Bij besluit van 14 februari 2006 heeft de gemeenteraad van Veldhoven het bestemmingsplan "Zeelst" vastgesteld.
Bij besluit van 29 augustus 2006, kenmerk 1176731/1222092 heeft verweerder beslist over de goedkeuring van dit plan.
Tegen dit besluit heeft verzoeker bij brief van 21 oktober 2006, bij de Raad van State ingekomen op 24 oktober 2006, beroep ingesteld.
Bij brief van 21 oktober 2006, bij de Raad van State ingekomen op 24 oktober 2006, heeft verzoeker de Voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De Voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 14 december 2006, waar verzoeker in persoon is verschenen.
Verweerder en het gemeentebestuur Veldhoven zijn met bericht van afwezigheid niet verschenen.
2.    Overwegingen
2.1.    Het oordeel van de Voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2.    Verzoeker stelt dat verweerder ten onrechte goedkeuring heeft verleend aan de aanduiding "hoofdvoorgevelrooilijn" aan de zijde van de Trog. Met het verzoek beoogt verzoeker handhavend optreden door de gemeente Veldhoven tegen de zonneluifel op het perceel De Stoop 2 te voorkomen en de hoofdvoorgevelrooilijn van ditzelfde perceel te verplaatsen. Verzoeker is van mening dat de hoofdvoorgevelrooilijn aan de zijde van de Stoop dient te liggen. De gemeente heeft in het verleden aangegeven dat de hoofdvoorgevelrooilijn zich aan deze zijde bevindt, tevens bevindt zich aan deze zijde de voordeur en is de huisnummering op deze zijde georiënteerd. Verzoeker stelt verder dat de (hoofd)voorgevelrooilijn aan de zijde van de Trog gelijk zou moeten lopen aan die van de buren, aangezien verzoeker de mogelijkheid wil behouden om in de toekomst een extra uitbouw of een serre te bouwen.
2.3.    Ten aanzien van de handhaving van de zonneluifel overweegt de Voorzitter dat het college van burgemeester en wethouders heeft laten weten dat hij overweegt medewerking te verlenen aan een vrijstellingsprocedure. Het college van burgemeester en wethouders is derhalve niet voornemens om op korte termijn handhavend op te treden. Bovendien is ter zitting gebleken dat de zonneluifel op palen staat en dat deze zonder schade van de gevel kan worden verwijderd en teruggeplaatst waardoor, in het geval van eventuele handhaving, geen onherstelbare situatie ontstaat.
2.4.    Ten aanzien van de ligging van de (hoofd)voorgevelrooilijn overweegt de Voorzitter dat verzoeker geen reden heeft aangevoerd waarom niet tot de behandeling van het beroep in de bodemprocedure kan worden gewacht, nu hij heeft aangegeven geen plannen te hebben om een uitbouw of serre te bouwen.
2.5.    Gezien het vorenstaande is met het verzoek geen spoedeisend belang gemoeid dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt. Gelet hierop wijst de Voorzitter het verzoek af.
2.6.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3.    Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. P.J.J. van Buuren, als Voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. A.J. Soede, ambtenaar van Staat.
w.g. Van Buuren        w.g. Soede
Voorzitter       ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 15 januari 2007
270-521.