ECLI:NL:RVS:2007:AZ7402
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- R.W.L. Loeb
- M.M. van Driel
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake bouwvergunning Valkenburg aan de Geul
Op 22 januari 2007 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een hoger beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Valkenburg aan de Geul. Het college had op 28 mei 2002 een vrijstelling en bouwvergunning verleend voor het intern verbouwen van een pand op een perceel in Valkenburg aan de Geul. Verzoeker, die bezwaar had gemaakt tegen dit besluit, stelde dat de vergunning onterecht was verleend en vroeg de Voorzitter van de Raad van State om een voorlopige voorziening te treffen totdat de hoofdzaak was behandeld.
De Voorzitter heeft het verzoek op 11 januari 2007 ter zitting behandeld, waarbij verzoeker werd bijgestaan door zijn advocaat en de vergunninghouder ook vertegenwoordigd was door een advocaat. De Voorzitter overwoog dat de genomen besluiten in het algemeen uitvoerbaar zijn, ook als daartegen een rechtsmiddel is aangewend. Dit geldt des te meer omdat de rechtbank Maastricht het beroep van verzoeker tegen het besluit van het college eerder ongegrond had verklaard.
De Voorzitter concludeerde dat verzoeker niet had aangetoond dat hij door de bouwwerkzaamheden in zijn bedrijfsuitoefening werd beperkt of dat hij daar andere nadelige gevolgen van ondervond. Bovendien was er geen sprake van onomkeerbare gevolgen, aangezien indien in rechte zou komen vast te staan dat de bouwvergunning ten onrechte was verleend, de werkzaamheden ongedaan gemaakt moesten worden. Gezien het feit dat de hoofdzaak op korte termijn behandeld zou worden, was er geen spoedeisend belang voor het treffen van de gevraagde voorziening. Daarom werd het verzoek afgewezen en werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd.