ECLI:NL:RVS:2007:BA1129
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- W.C.E. Hammerstein-Schoonderwoerd
- W. van Hardeveld
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake last onder dwangsom opgelegd aan horeca-inrichting in Delft
In deze zaak gaat het om een verzoek om een voorlopige voorziening naar aanleiding van een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Delft, waarbij aan de verzoekers een last onder dwangsom is opgelegd. Dit besluit is genomen op 6 december 2006, omdat de verzoekers een horeca-inrichting exploiteerden op een perceel in Delft, in strijd met de geldende geluidsnormen zoals vastgelegd in het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer. De verzoekers hebben bezwaar gemaakt tegen dit besluit en hebben de Voorzitter van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Tijdens de zitting op 1 maart 2007 hebben de verzoekers, bijgestaan door een deskundige, hun argumenten gepresenteerd. Zij betogen dat de gemeente een onjuiste geluidnorm heeft gehanteerd en dat er geen rekening is gehouden met een verhoging van de geluidnorm. De gemeente stelt echter dat de overtreding van de geluidnorm is vastgesteld en dat de opgelegde last onder dwangsom terecht is. De Voorzitter heeft de argumenten van beide partijen afgewogen en geconcludeerd dat de gemeente inderdaad de geluidnorm ten onrechte niet heeft verhoogd, maar dat de verzoekers niet voldoende hebben aangetoond dat de geluidmeting ondeugdelijk was. Uiteindelijk heeft de Voorzitter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, wat betekent dat de last onder dwangsom van kracht blijft.