ECLI:NL:RVS:2007:BA2830
Raad van State
- Hoger beroep
- H. Troostwijk
- P.A. Offers
- M.A.A. Mondt-Schouten
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage inzake vreemdelingenbewaring
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats 's-Hertogenbosch, die op 12 maart 2007 werd gedaan. De rechtbank had het beroep van appellant ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Appellant was in vreemdelingenbewaring gesteld op 21 februari 2007, en hij stelde dat de termijn voor het uitspreken van de uitspraak was overschreden. De rechtbank had echter vastgesteld dat de uitspraak op 12 maart 2007 in het openbaar was gedaan, en dat het onderzoek ter zitting op 5 maart 2007 was gesloten. De Raad van State bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de termijn van artikel 94, derde lid, van de Vreemdelingenwet 2000 niet was overschreden. De grief van appellant werd verworpen, en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. De beslissing werd genomen door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, waarbij de voorzitter en de leden in tegenwoordigheid van een ambtenaar van Staat de uitspraak in het openbaar deden op 2 april 2007.