ECLI:NL:RVS:2007:BA3182
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- D.A.C. Slump
- A.M.L. Hanrath
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen handhaving horeca-activiteiten in strijd met bestemmingsplan
In deze zaak gaat het om een verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekers die horeca-activiteiten uitoefenen in panden aan de [locatie] te [plaats]. Het dagelijks bestuur van het stadsdeel Zuidoost heeft hen bij besluiten van 18 oktober 2005 gelast om deze activiteiten, die in strijd zijn met het bestemmingsplan, uiterlijk op 1 januari 2007 te beëindigen. Verzoekers hebben hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit is ongegrond verklaard. De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft op 29 januari 2007 het beroep van verzoekers tegen deze beslissing eveneens ongegrond verklaard. Verzoekers hebben vervolgens bij brief van 1 maart 2007, ingekomen op 2 maart 2007, de Voorzitter van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De Voorzitter heeft het verzoek op 28 maart 2007 behandeld. Verzoekers, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. M.J. Sarfaty, en het dagelijks bestuur, vertegenwoordigd door mr. L.M.W. Gratama, waren aanwezig. Ook een belanghebbende partij was vertegenwoordigd. De Voorzitter heeft overwogen dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. Verzoekers beogen met hun verzoek te voorkomen dat zij hun horeca-activiteiten moeten beëindigen voordat er een definitieve uitspraak is gedaan.
De Voorzitter heeft vastgesteld dat het gebruik van de panden voor horeca-activiteiten niet is toegestaan volgens het bestemmingsplan "Venserpolder 1984". Er is geen zicht op legalisatie van het gebruik. Verzoekers hebben betoogd dat het dagelijks bestuur in redelijkheid niet tot handhaving had kunnen overgaan, gezien bijzondere omstandigheden. De Voorzitter heeft echter geconcludeerd dat het dagelijks bestuur na afweging van de belangen in redelijkheid heeft besloten tot handhaving. Het verzoek om een voorlopige voorziening is afgewezen, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.