ECLI:NL:RVS:2007:BA5487
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.M. Boll
- M.J. van der Zijpp
- Rechtspraak.nl
Hogere grenswaarden geluidbelasting voor nieuw te bouwen woningen in Delft
In deze zaak heeft de Raad van State op 23 mei 2007 uitspraak gedaan over een besluit van het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland, waarbij hogere grenswaarden voor geluidbelasting zijn vastgesteld voor 757 nieuw te bouwen woningen in de zone van de Coenderstraat, Emplacementsweg, Papsouwselaan en Westlandseweg te Delft. Het besluit, genomen op 15 februari 2006, was gebaseerd op artikel 83 van de Wet geluidhinder. Appellanten hebben bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar dit bezwaar werd door verweerder op 16 augustus 2006 niet-ontvankelijk verklaard. De appellanten hebben hiertegen beroep ingesteld bij de Raad van State, die de zaak op 10 mei 2007 ter zitting heeft behandeld.
De Raad van State overwoog dat, ingevolge artikel 20.1 van de Wet milieubeheer en artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht, alleen belanghebbenden bezwaar kunnen maken tegen een besluit. In dit geval was er voor de woningen van appellanten geen hogere grenswaarde vastgesteld, waardoor hun belang niet rechtstreeks bij het besluit betrokken was. De Raad concludeerde dat verweerder terecht had vastgesteld dat appellanten geen belanghebbenden waren en dat hun bezwaar niet-ontvankelijk was. Het beroep van appellanten werd ongegrond verklaard, en er werd geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak benadrukt het belang van de definitie van belanghebbenden in bestuursrechtelijke procedures en de voorwaarden waaronder bezwaar kan worden gemaakt tegen besluiten die gevolgen hebben voor de geluidbelasting in een bepaalde regio.