ECLI:NL:RVS:2007:BA9825
Raad van State
- Hoger beroep
- C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
- J.H.B. van der Meer
- P.A. Offers
- Rechtspraak.nl
Herziening van subsidie door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en terugvordering van bedrag
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank Leeuwarden, waarin de rechtbank het beroep van appellant ongegrond verklaarde. Appellant had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dat op 20 oktober 2005 was genomen. Dit besluit hield in dat de eerder verleende subsidie, die op 2 april 2001 was toegekend, werd herzien en dat appellant een bedrag van € 589,74 moest terugbetalen. De Minister verklaarde het bezwaar van appellant ongegrond bij besluit van 10 februari 2006. Appellant ging hiertegen in beroep bij de rechtbank, maar deze bevestigde de beslissing van de Minister op 27 december 2006.
Appellant stelde dat de financiële vergoeding die hij ontving van de Minister geen subsidie was, maar een tegenprestatie op basis van een overeenkomst met de Staat. De rechtbank oordeelde echter dat de door appellant ontvangen bijdragen voor agrarisch natuurbeheer niet konden worden gekwalificeerd als betaling voor geleverde goederen of diensten, maar als subsidie in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bevestigde deze conclusie en oordeelde dat er geen aanknopingspunten waren voor appellants standpunt dat de financiële bijdragen op basis van een privaatrechtelijke overeenkomst werden verstrekt.
De Raad van State oordeelde dat het hoger beroep ongegrond was en bevestigde de uitspraak van de rechtbank. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien hiervoor geen aanleiding bestond. De uitspraak werd openbaar gedaan op 18 juli 2007.