ECLI:NL:RVS:2007:BB2466
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.H. van Kreveld
- M.P.J.M. van Grinsven
- Rechtspraak.nl
Schorsing van last onder dwangsom met betrekking tot compostbedrijf in Maasdriel
In deze zaak hebben verzoeksters bezwaar gemaakt tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Maasdriel, waarbij aan hen afzonderlijk een last onder dwangsom is opgelegd met betrekking tot een compostbedrijf. De besluiten zijn genomen op 2 augustus 2007 en hebben betrekking op de sluiting van 18 ventilatiemondingen op het dak van een bedrijfsgebouw. Verzoeksters hebben de Voorzitter van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Op 16 augustus 2007 heeft de Voorzitter besloten om de besluiten van het college te schorsen tot zes weken na de bekendmaking van de beslissing op bezwaar. Dit besluit is genomen omdat de opgelegde lasten verder gaan dan wat door verweerder is beoogd en er geen concreet uitzicht op legalisatie van de overtreding bestaat.
De Voorzitter heeft ook geoordeeld dat de gemeente Maasdriel de proceskosten van verzoeksters moet vergoeden, aangezien de zaken als samenhangende zaken moeten worden beschouwd. De proceskosten zijn vastgesteld op € 322,00 per verzoekster, en het griffierecht van € 285,00 per verzoekster moet eveneens worden vergoed. De uitspraak benadrukt het belang van handhaving van milieuwetgeving, maar ook de noodzaak om belangen zorgvuldig af te wegen, vooral wanneer er uitzicht op legalisatie bestaat.
De zaak illustreert de balans tussen handhaving van milieuwetgeving en de rechten van betrokkenen, waarbij de Voorzitter de belangen van verzoeksters heeft meegewogen in zijn beslissing. De uitspraak is een voorbeeld van hoe bestuursrechtelijke procedures kunnen verlopen en hoe voorlopige voorzieningen kunnen worden aangevraagd en toegewezen.