ECLI:NL:RVS:2008:BC9082

Raad van State

Datum uitspraak
9 april 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200705058/1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.R. Schaafsma
  • M.J. van der Zijpp
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing handhavingsverzoek tegen restaurant wegens geluidsoverlast

Op 9 april 2008 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak tussen appellanten en het college van burgemeester en wethouders van Venlo. De zaak betreft een handhavingsverzoek van appellanten tegen restaurant Dynasty Wok, gelegen aan de Kaldenkerkerweg 17-18 te Venlo. Appellanten verzochten het college om handhavend op te treden tegen het restaurant wegens overtreding van de geluidgrenswaarde zoals vastgesteld in het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer. Het college heeft dit verzoek op 18 januari 2006 afgewezen.

Na de afwijzing van het verzoek heeft het college op 26 juni 2007 het bezwaar van appellanten gedeeltelijk niet-ontvankelijk verklaard en voor het overige ongegrond. Appellanten hebben hiertegen beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij zij hun gronden hebben aangevuld. De zaak is ter zitting behandeld op 7 maart 2008, waar appellanten werden bijgestaan door hun advocaat, mr. R.G. Poel, en het college werd vertegenwoordigd door mr. C.H.J.M. Michels en ing. R.J.M. Pellegrom.

Tijdens de zitting is gebleken dat Dynasty Wok haar bedrijfsactiviteiten heeft gestaakt en dat er inmiddels een ander restaurant in het pand is gevestigd. De Raad van State oordeelt dat de exploitatie van het nieuwe restaurant niet kan worden gezien als een voortzetting van de bestaande inrichting, maar als de oprichting van een nieuwe inrichting. Hierdoor is de inrichting waarop het verzoek om handhaving betrekking heeft niet meer aanwezig, en hebben appellanten geen belang meer bij een beoordeling van het bestreden besluit. De Raad van State verklaart het beroep van appellanten niet-ontvankelijk en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

200705058/1.
Datum uitspraak: 9 april 2008
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellanten], wonend te [woonplaats],
en
het college van burgemeester en wethouders van Venlo,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 18 januari 2006 heeft het college van burgemeester en wethouders van Venlo (hierna: het college) het verzoek van [appellanten] om handhavend op te treden tegen restaurant Dynasty Wok, gelegen aan de Kaldenkerkerweg 17-18 te Venlo (hierna: Dynasty Wok) wegens overtreding van de in voorschrift 1.1.1 van de bijlage bij het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer, zoals dat luidde voor 1 januari 2008, gestelde geluidgrenswaarde gedurende de avondperiode, afgewezen.
Bij besluit van 26 juni 2007, verzonden op 29 juni 2007, heeft het college het door [appellanten] hiertegen gemaakte bezwaar gedeeltelijk niet-ontvankelijk en voor het overige ongegrond verklaard.
Tegen dit besluit hebben [appellanten] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 19 juli 2007, beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 15 augustus 2007.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 7 maart 2008, waar [appellant], bijgestaan door mr. R.G. Poel, en het college, vertegenwoordigd door mr. C.H.J.M. Michels en ing. R.J.M. Pellegrom, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Enige tijd nadat het bestreden besluit is genomen, heeft Dynasty Wok haar bedrijfsactiviteiten gestaakt. Ter zitting is gebleken dat in het gebouw gelegen aan de Kaldenkerkerweg 17-18 thans een ander restaurant wordt geëxploiteerd. De exploitatie van het nieuwe restaurant kan niet worden gezien als voorzetting van een bestaande inrichting door een nieuwe drijver, maar betekent dat een nieuwe inrichting is opgericht.
Gelet hierop bestaat de inrichting waarop het verzoek om handhaving betrekking heeft niet meer. Met het beroep kan daarom ook niet worden bewerkstelligd dat alsnog een last onder dwangsom met betrekking tot de exploitatie van die inrichting wordt opgelegd.
Niet is gebleken dat [appellanten] desondanks nog een belang hebben bij een beoordeling van het bestreden besluit. Het beroep dient daarom niet-ontvankelijk te worden verklaard.
2.2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. J.R. Schaafsma, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. M.J. van der Zijpp, ambtenaar van Staat.
w.g. Schaafsma w.g. Van der Zijpp
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 9 april 2008
262-570.