ECLI:NL:RVS:2008:BC9603
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.H. van Kreveld
- W. Sorgdrager
- G.N. Roes
- Rechtspraak.nl
Gedogen van een inrichting zonder vergunning door het college van burgemeester en wethouders van Epe
In deze zaak gaat het om een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Epe, dat op 5 december 2006 aan de vergunninghoudster heeft verklaard het zonder de vereiste vergunning veranderen van een inrichting aan de [locatie] te [plaats] te gedogen. Dit besluit werd door [appellant] aangevochten, waarna het college op 12 juni 2007 het bezwaar van [appellant] ongegrond verklaarde. Hierop heeft [appellant] op 23 juli 2007 beroep ingesteld bij de Raad van State. Tijdens de zitting op 8 april 2008 waren zowel [appellant] als vertegenwoordigers van het college en de vergunninghoudster aanwezig.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de gedoogtermijn van maximaal zes maanden inmiddels was verstreken. Hierdoor is niet gebleken dat [appellant] nog belang had bij de beoordeling van het beroep. De Afdeling heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 16 april 2008.