ECLI:NL:RVS:2008:BD8877

Raad van State

Datum uitspraak
21 juli 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200705874/2 en 200707566/2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • J.A.W. Scholten-Hinloopen
  • S.J.E. Horstink-von Meyenfeldt
  • K.J.M. Mortelmans
  • P. van Dijk
  • M. Vlasblom
  • M.G.J. Parkins-de Vin
  • W.H. Tulmans
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om verschoning van een staatsraad in bestuursrechtelijke zaken

In deze uitspraak van de Raad van State, gedateerd op 21 juli 2008, werd het verzoek om verschoning behandeld van staatsraad mr. K.J.M. Mortelmans in de zaken met de nummers 200705874/1 en 200707566/1. De zittingen vonden plaats op 30 juni 2008, waar een Meervoudige Kamer van de Afdeling bestuursrechtspraak, onder leiding van voorzitter mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, de zaken behandelde. Tijdens de zitting deed staatsraad Mortelmans het verzoek om zich te mogen verschonen, wat aanleiding gaf tot een nadere beoordeling van de situatie.

De Afdeling bestuursrechtspraak overwoog dat op grond van artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) rechters zich kunnen verschonen op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid in gevaar kunnen brengen. In dit geval was er een mogelijke samenhang tussen de juridische vragen die aan de orde waren in het advies van de Raad van State en de vragen in het onderhavige geschil. Dit advies was uitgebracht door de Raad van State, waar Mortelmans ten tijde van het advies als staatsraad was benoemd.

De Afdeling concludeerde dat er een verband bestond tussen het advies en de lopende procedure, wat de schijn van vooringenomenheid zou kunnen oproepen. Om deze reden werd het verzoek om verschoning toegewezen, zowel in de zaak met nummer 200707566/1 als in de zaak met nummer 200705874/1. De beslissing werd genomen in naam der Koningin, waarbij de voorzitter mr. P. van Dijk en de leden mr. M. Vlasblom en mr. M.G.J. Parkins-de Vin aanwezig waren, samen met ambtenaar van Staat mr. W.H. Tulmans.

Uitspraak

200705874/2 en 200707566/2.
Datum beslissing: 21 juli 2008
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op het verzoek om verschoning (ex artikel 8:19 van de Algemene wet bestuursrecht) van:
mr. K.J.M. Mortelmans, staatsraad.
1. Procesverloop
De zaken met de nummers 200705874/1 en 200707566/1 zijn ter zitting van 30 juni 2008 behandeld door een Meervoudige Kamer van de Afdeling bestuursrechtspraak, bestaande uit mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen (voorzitter), mr. S.J.E. Horstink-von Meyenfeldt en mr. K.J.M. Mortelmans. Naar aanleiding van het verhandelde ter zitting heeft mr. K.J.M. Mortelmans (hierna: de staatsraad) het verzoek gedaan zich te mogen verschonen.
2. Overwegingen
2.1. Ingevolge artikel 8:19, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) kan op grond van feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 8:15 elk van de rechters die een zaak behandelen, verzoeken zich te mogen verschonen.
In artikel 8:15 van de Awb is bepaald dat op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, kan worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2.2. Bij de behandeling ter zitting van de zaak met nr. 200707566/1 is door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit een beroep gedaan op de Memorie van Toelichting bij het wetsvoorstel tot wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 in verband met de regulering van bestaand gebruik en enkele andere zaken, Kamerstukken II 2006/07, 31 038, nr.3, en heeft de Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur het over dit wetsvoorstel door de Raad van State uitgebrachte advies van 7 februari 2007 ter sprake gebracht.
Naar aanleiding hiervan heeft de staatsraad het onderhavige verzoek om verschoning gedaan op grond van het feit dat hij ten tijde van het uitbrengen van genoemd advies tot staatsraad was benoemd.
2.3. De Afdeling stelt vast dat een verband kan worden gelegd tussen de juridische vragen die aan de orde waren in genoemd advies van de Raad van State en de vragen die voorliggen in het onderhavige geschil, zodat er rekening mee moet worden gehouden dat het advies van de Raad van State en de onderhavige procedure dezelfde zaak of dezelfde beslissing betreffen. Om iedere schijn van vooringenomenheid bij de behandeling van het beroep te voorkomen, acht de Afdeling de inwilliging van het verzoek gerechtvaardigd. Gelet op de mogelijke samenhang die er tussen de beide zaken bestaat zal ook het verzoek om verschoning in de zaak met zaaknummer 200705874/1 worden ingewilligd.
2.4. Gelet op het vorenstaande wordt het verzoek toegewezen.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
wijst het verzoek toe.
Aldus vastgesteld door mr. P. van Dijk, Voorzitter, en mr. M. Vlasblom, en mr. M.G.J. Parkins-de Vin, Leden, in tegenwoordigheid van mr. W.H. Tulmans, ambtenaar van Staat.
w.g. Van Dijk w.g. Tulmans
voorzitter ambtenaar van staat