ECLI:NL:RVS:2008:BF0957

Raad van State

Datum uitspraak
10 september 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200806106/2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • R.W.L. Loeb
  • M.W. Wijers
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening inzake bouwvergunning voor starterswoningen in Bakel

Op 5 december 2007 verleende het college van burgemeester en wethouders van Gemert-Bakel aan Goed Wonen een vrijstelling en bouwvergunning voor het oprichten van vijf starterswoningen aan de Dorpsstraat 72-72a-74-74a en 76 te Bakel. Dit besluit werd door verzoekers, die zich tegen de bouwvergunning keerden, aangevochten. Op 11 maart 2008 verklaarde het college het bezwaar van verzoekers ongegrond. Hierop volgde een uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Hertogenbosch op 26 juni 2008, die het beroep van verzoekers tegen het college ongegrond verklaarde. Verzoekers stelden hiertegen hoger beroep in bij de Raad van State en vroegen de voorzitter om een voorlopige voorziening te treffen.

De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 28 augustus 2008 behandeld. Tijdens de zitting waren verzoekers vertegenwoordigd door mr. L.M.A. Schrieder, terwijl het college werd vertegenwoordigd door mr. A.A.M. Kuijken en ir. N.J.N. Schlegel. Goed Wonen was ook aanwezig, vertegenwoordigd door J. Wismans. De voorzitter overwoog dat genomen besluiten in het algemeen uitvoerbaar zijn, ook als daartegen een rechtsmiddel is aangewend, en dat de aangevallen uitspraak in de bodemprocedure waarschijnlijk in stand zal blijven. Gezien de betrokken belangen werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De voorzitter benadrukte dat de vergunninghouder op eigen risico gebruik maakt van de vergunning zolang deze niet in rechte onaantastbaar is.

De beslissing werd op 10 september 2008 openbaar uitgesproken, waarbij de voorzitter, mr. R.W.L. Loeb, en ambtenaar van Staat, mr. M.W. Wijers, aanwezig waren. Er werd geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

200806106/2.
Datum uitspraak: 10 september 2008
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) hangende het hoger beroep van:
[verzoekers], allen gevestigd, onderscheidenlijk wonend, te [woonplaats],
tegen de uitspraak in zaak nrs. 08/1721 en 08/1416 van de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 26 juni 2008 in het geding tussen:
verzoekers
en
het college van burgemeester en wethouders van Gemert-Bakel.
1. Procesverloop
Bij besluit van 5 december 2007 heeft het college van burgemeester en wethouders van Gemert-Bakel (hierna: het college) aan Goed Wonen vrijstelling en bouwvergunning verleend voor het oprichten van vijf starterswoningen aan de Dorpsstraat 72-72a-74-74a en 76 te Bakel.
Bij besluit van 11 maart 2008 heeft het college het door verzoekers (hierna: [verzoekers]) daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 26 juni 2008, verzonden op 30 juni 2008, heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Hertogenbosch het door [verzoekers] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak hebben [verzoekers] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 8 augustus 2008, hoger beroep ingesteld. Voorts hebben zij de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 28 augustus 2008, waar [verzoekers], vertegenwoordigd door mr. L.M.A. Schrieder, en het college, vertegenwoordigd door mr. A.A.M. Kuijken en ir. N.J.N. Schlegel, beiden ambtenaar in dienst van de gemeente, zijn verschenen.
Voorts is daar Goed Wonen, vertegenwoordigd door J. Wismans, gehoord.
2. Overwegingen
2.1. Genomen besluiten zijn in het algemeen uitvoerbaar, ook als daartegen een rechtsmiddel is aangewend. Dit uitgangspunt geldt temeer, indien, zoals in dit geval, de rechter in eerste aanleg het tegen het besluit ingestelde beroep ongegrond heeft bevonden.
2.2. Hetgeen [verzoekers] naar voren hebben gebracht, geeft geen aanleiding om op voorhand aan te nemen dat de aangevallen uitspraak in de bodemprocedure niet in stand zal blijven, althans tenslotte zal blijken dat voor het bouwplan geen vrijstelling en bouwvergunning mochten worden verleend.
Gelet hierop en op de betrokken belangen, bestaat aanleiding het verzoek af te wijzen. Daarbij geldt overigens dat de vergunninghouder op eigen risico van de vergunning gebruik maakt, zolang deze niet in rechte onaantastbaar is, ook als een verzoek om schorsing daarvan, zoals in dit geval, wordt afgewezen.
2.3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. R.W.L. Loeb, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. M.W. Wijers, ambtenaar van Staat.
w.g. Loeb w.g. Wijers
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 10 september 2008
444