ECLI:NL:RVS:2008:BG5891
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- J.M. Boll
- J. Fransen
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake revisievergunning veehouderij Gemert-Bakel
Op 26 augustus 2008 verleende het college van burgemeester en wethouders van Gemert-Bakel een revisievergunning voor een veehouderij aan [locatie] te [plaats]. Dit besluit werd op 1 september 2008 ter inzage gelegd. Tegen dit besluit heeft [verzoeker] op 6 oktober 2008 beroep ingesteld, met aanvullende gronden op 8 oktober 2008. Tevens verzocht [verzoeker] op 7 oktober 2008 de voorzitter van de Raad van State om een voorlopige voorziening. De behandeling van dit verzoek vond plaats op 20 november 2008, waar [verzoeker] en het college, vertegenwoordigd door E. Kramer, aanwezig waren. Ook [vergunninghoudster], vertegenwoordigd door [vennoot], was aanwezig.
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde dat het verzoek om een voorlopige voorziening werd afgewezen. Het oordeel van de voorzitter is voorlopig en niet bindend voor de bodemprocedure. De voorzitter overwoog dat volgens artikel 20.8 van de Wet milieubeheer een besluit als het onderhavige niet in werking treedt voordat de benodigde bouwvergunning is verleend. Aangezien de procedure voor de bouwvergunning nog niet was afgerond en er nog geen aanvraag was ingediend, was het niet aannemelijk dat deze op korte termijn zou worden verleend. Hierdoor ontbrak het spoedeisend belang voor het treffen van een voorlopige voorziening.
De voorzitter concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling en wees het verzoek af. De uitspraak werd openbaar gedaan op 28 november 2008.