ECLI:NL:RVS:2009:BJ2575
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Th.G. Drupsteen
- M. Duursma
- Rechtspraak.nl
Schorsing van besluit tot plaatsing van ondergrondse afvalcontainers in Vlissingen
Op 6 juli 2009 heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening van een inwoner van Vlissingen tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Vlissingen. Dit besluit, dat op 15 april 2009 bekend werd gemaakt, betrof de plaatsing van ondergrondse afvalcontainers op het Fort te Vlissingen. De verzoeker, die bezwaar had gemaakt tegen dit besluit, stelde dat de containers te dicht bij zijn woning zouden worden geplaatst, wat zou leiden tot visuele overlast en overlast door huisvuil en afval. Hij betoogde dat hij niet vooraf was geïnformeerd over de plaatsing en dat hij geen kans had gekregen om zijn belangen naar voren te brengen.
De voorzitter constateerde dat er geen gelegenheid tot inspraak was gegeven voordat de locaties voor de afvalcontainers werden gekozen. Bovendien werd de verzoeker pas op de dag van de aanvang van de werkzaamheden op de hoogte gesteld van de plaatsing, zonder dat hij werd gewezen op de mogelijkheid om bezwaar te maken. Dit leidde tot de conclusie dat het college pas op het moment dat de uitvoering van het besluit al was begonnen, op de hoogte werd gesteld van de belangen van de verzoeker. Daarom besloot de voorzitter om de inwerkingtreding van het besluit te schorsen tot zes weken nadat het college op het bezwaar van de verzoeker had beslist.
De voorzitter oordeelde verder dat het college van burgemeester en wethouders van Vlissingen in de proceskosten van de verzoeker moest worden veroordeeld, en dat het college het door de verzoeker betaalde griffierecht moest vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 6 juli 2009.