ECLI:NL:RVS:2009:BJ6668

Raad van State

Datum uitspraak
2 september 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200807332/1/M1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • K. Brink
  • J.H. van Kreveld
  • W. Sorgdrager
  • T.L.J. Drouen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit college van gedeputeerde staten van Gelderland inzake vergunning voor terugwinnen van ferro-metalen

In deze zaak gaat het om een beroep ingesteld door [appellante] tegen een besluit van het college van gedeputeerde staten van Gelderland, dat op 31 juli 2008 voorschriften heeft verbonden aan een eerder verleende vergunning voor het terugwinnen van ferro-metalen. De vergunning was oorspronkelijk verleend op 11 november 1980 en betreft de inrichting van [appellante] voor het slopen, snijden en smelten van auto- en vliegtuigonderdelen, evenals het verwerken van non-ferrometalen en ferro-metalen uit remblokken. Het besluit van 31 juli 2008 werd ter inzage gelegd op 21 augustus 2008, waarna [appellante] op 1 oktober 2008 beroep instelde bij de Raad van State.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 30 juli 2009 behandeld. Het college heeft in zijn verweerschrift aangegeven dat de vergunning, die op 10 oktober 2007 was beperkt tot 31 december 2008, vervallen is omdat [appellante] niet tijdig een ontvankelijke aanvraag voor een revisievergunning heeft ingediend. De aanvraag die op 7 mei 2009 door het college werd afgewezen, voldeed niet aan de vereisten, waardoor de vergunning niet meer geldig was. De Afdeling oordeelt dat er geen procesbelang meer is voor een inhoudelijke behandeling van het beroep, aangezien het bestreden besluit niet kan leiden tot het verbinden van voorschriften aan een vervallen vergunning.

De uitspraak van de Raad van State op 2 september 2009 verklaart het beroep van [appellante] niet-ontvankelijk. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, aangezien het beroep niet ontvankelijk is verklaard.

Uitspraak

200807332/1/M1.
Datum uitspraak: 2 september 2009
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellante], gevestigd te [plaats],
en
het college van gedeputeerde staten van Gelderland,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 31 juli 2008 heeft het college van gedeputeerde staten van Gelderland (hierna: het college) met toepassing van artikel 8.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer voorschriften verbonden aan de op 11 november 1980 verleende vergunning voor de inrichting van [appellante] voor het terugwinnen van ferro-metalen door middel van slopen, snijden en/of smelten van auto- en vliegtuigonderdelen en van non-ferrometalen en ferro-metalen uit remblokken. De inrichting is gelegen aan de [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 21 augustus 2008 ter inzage gelegd.
Tegen dit besluit heeft [appellante]o bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 1 oktober 2008, beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 30 juli 2009, waar het college, vertegenwoordigd door mr. T. van Esch en A. Sulter, beiden werkzaam bij de provincie, is verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Bij besluit van 10 oktober 2007 heeft het college met toepassing van artikel 8.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer aan de bij het besluit van 11 november 1980 voor onbepaalde tijd verleende vergunning de beperking verbonden dat deze geldt tot en met 31 december 2008, tenzij voor deze datum een ontvankelijke aanvraag voor een revisievergunning is ingediend. In dat geval geldt de vergunning tot het moment van inwerkingtreding van het besluit op de ingediende aanvraag.
2.2. [appellante] heeft voor 31 december 2008 een aanvraag voor een revisievergunning ingediend. Het college heeft [appellante] bij brief van 7 mei 2009 bericht dat deze aanvraag niet in behandeling kan worden genomen omdat niet alle gegevens en bescheiden die voor de behandeling nodig zijn, zijn aangeleverd.
2.3. Nu, gelet op het vorenstaande, niet voor 31 december 2008 een ontvankelijke aanvraag voor een revisievergunning is ingediend, is de aan [appellante] verleende vergunning, ingevolge de daaraan door het besluit van 10 oktober 2007 verbonden beperking, vervallen. Dientengevolge kan het bestreden besluit er niet meer toe leiden dat aan deze vergunning voorschriften worden verbonden. Niet gebleken is dat [appellante] als gevolg van het bestreden besluit schade heeft geleden. Gelet daarop bestaat geen belang meer bij een inhoudelijke behandeling van het beroep. Het beroep dient niet-ontvankelijk te worden verklaard wegens het ontbreken van procesbelang.
2.4. Het beroep is niet-ontvankelijk.
2.5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. K. Brink, voorzitter, en mr. J.H. van Kreveld en mr. W. Sorgdrager, leden, in tegenwoordigheid van mr. T.L.J. Drouen, ambtenaar van Staat.
w.g. Brink w.g. Drouen
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 2 september 2009
375-539.