ECLI:NL:RVS:2009:BJ8296
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- K. Brink
- H.J.J. Kalter
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake ernstige verontreiniging op percelen Heescheweg te Nistelrode
Op 18 september 2009 heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. Dit verzoek was ingediend door [verzoeker] en anderen tegen een besluit van het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, dat op 23 juni 2009 was genomen. In dit besluit werd vastgesteld dat er op de percelen Heescheweg 22 en 30 te Nistelrode drie gevallen van ernstige verontreiniging aanwezig waren, waarvoor spoedige sanering noodzakelijk was. De verzoekers stelden dat zij een spoedeisend belang hadden bij het treffen van een voorlopige voorziening, omdat het besluit gebruiksbeperkingen voor hun percelen met zich meebracht.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 10 september 2009, waar de verzoeker in persoon aanwezig was, en het college vertegenwoordigd werd door mr. M.J.B. Bruggeman en drs. E. van Alphen. De voorzitter oordeelde dat het verzoek niet-ontvankelijk was voor zover het was ingediend door [verzoekster C], omdat er geen machtiging was overgelegd. Voor de overige verzoekers werd het verzoek afgewezen, omdat de in het bestreden besluit opgenomen gebruiksbeperkingen niet leidden tot onomkeerbare gevolgen die een spoedeisend belang rechtvaardigden. De voorzitter concludeerde dat de behandeling van het beroep door de Afdeling kon worden afgewacht.
De beslissing van de voorzitter was als volgt: het verzoek werd niet-ontvankelijk verklaard voor [verzoekster C] en voor het overige werd het verzoek afgewezen. De uitspraak werd openbaar gedaan op 18 september 2009.