ECLI:NL:RVS:2009:BJ8306

Raad van State

Datum uitspraak
23 september 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200808042/1/M2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • K. Brink
  • W. Sorgdrager
  • W.J. Deetman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging besluit geluidhinder door Bewonersvereniging W.V.E.M. tegen college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer

Op 7 oktober 2008 heeft het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer een besluit genomen op basis van de Wet geluidhinder, waarbij waarden zijn vastgesteld voor de maximaal toelaatbare geluidbelasting door wegverkeerslawaai voor een woningbouwproject op Vlierstraat 25 te Badhoevedorp. Dit besluit werd op 17 oktober 2008 ter inzage gelegd. De Bewonersvereniging W.V.E.M. heeft op 3 november 2008 beroep ingesteld tegen dit besluit. Het college heeft een verweerschrift ingediend en de zaak is op 25 augustus 2009 ter zitting behandeld. De Bewonersvereniging was vertegenwoordigd door P.J. Hagen, terwijl het college werd vertegenwoordigd door mr. F. van der Heijden, ing. P.K. de Jong en ing. C.J.M. Burgermeijer. Ook was J. Bamsterker van Austin Nederland B.V. als partij aanwezig.

Het college betwistte de belanghebbendheid van de Bewonersvereniging, omdat deze niet zou beschikken over rechtspersoonlijkheid en niet de belangen van toekomstige bewoners zou vertegenwoordigen. De Afdeling bestuursrechtspraak overwoog echter dat de Bewonersvereniging wel degelijk rechtspersoonlijkheid bezit en dat haar statuten en feitelijke werkzaamheden erop wijzen dat zij de belangen van huurders en bewoners behartigt. De Afdeling concludeerde dat de Bewonersvereniging als belanghebbende kan worden aangemerkt.

Daarnaast voerde het college aan dat de Bewonersvereniging geen zienswijze had ingediend, waardoor het beroep niet-ontvankelijk zou zijn. De Afdeling oordeelde echter dat het college geen ontwerpbesluit had opgesteld en dat de procedure niet correct was gevolgd. Hierdoor kon de Bewonersvereniging niet worden verweten dat zij geen zienswijzen had ingediend. De Afdeling verklaarde het beroep gegrond en vernietigde het besluit van 7 oktober 2008, waarbij het college werd gelast het griffierecht aan de Bewonersvereniging te vergoeden.

Uitspraak

200808042/1/M2.
Datum uitspraak: 23 september 2009
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
De vereniging Bewonersvereniging W.V.E.M., gevestigd te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer,
appellante,
en
het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 7 oktober 2008 heeft het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer (hierna: het college) op grond van de Wet geluidhinder waarden vastgesteld voor de ten hoogste toelaatbare geluidbelasting vanwege wegverkeerslawaai ten behoeve van een woningbouwproject op het terrein Vlierstraat 25 te Badhoevedorp. Dit besluit is op 17 oktober 2008 ter inzage gelegd.
Tegen dit besluit heeft Bewonersvereniging W.V.E.M. (hierna: de Bewonersvereniging) bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 3 november 2008, beroep ingesteld.
Het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 25 augustus 2009, waar de Bewonersvereniging, vertegenwoordigd door P.J. Hagen, gemachtigde, en het college, vertegenwoordigd door mr. F. van der Heijden, ing. P.K. de Jong en ing. C.J.M. Burgermeijer, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Tevens is namens de besloten vennootschap Austin Nederland B.V. J. Bamsterker als partij gehoord.
2. Overwegingen
2.1. Het college voert aan dat de Bewonersvereniging niet als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht kan worden aangemerkt, nu niet is aangetoond dat de vereniging rechtspersoonlijkheid bezit en zij niet de belangen van (toekomstige) eigenaren dan wel bewoners van het bouwproject vertegenwoordigt.
2.1.1. Ingevolge artikel 1:2, eerst lid, van de Algemene wet bestuursrecht wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Ingevolge het derde lid van dit artikel worden ten aanzien van rechtspersonen als hun belangen mede beschouwd de algemene en collectieve belangen die zij krachtens hun doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het bijzonder behartigen.
Ingevolge artikel 1:3, eerste lid, wordt onder besluit verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling.
Wil een persoon belanghebbende zijn bij een besluit, dan moet zijn belang daarbij rechtstreeks zijn betrokken. De omstandigheid dat voor het daadwerkelijk getroffen zijn in het belang nog nadere besluitvorming is vereist, staat niet noodzakelijkerwijs in de weg aan het aannemen van belanghebbendheid. Als regel geldt dat beroep tegen een eerder besluit uit de besluitvormingsketen mogelijk dient te zijn wanneer zulk een besluit naar zijn strekking leidt tot de mogelijkheid dat een persoon door het nadere besluit in zijn belang zal worden geschaad.
2.1.2. Bij het bestreden besluit zijn hogere geluidgrenswaarden vastgesteld ten behoeve van het bouwproject op het terrein Vlierstraat 25 te Badhoevedorp. Een dergelijk besluit is een noodzakelijke voorwaarde om de voorgenomen activiteit te realiseren. Zoals de Afdeling in de uitspraak van 27 mei 2009 nr.
200805817/1heeft overwogen zijn bij een dergelijk besluit de belangen van alle personen betrokken die rechtstreeks door de realisatie van het bouwproject worden getroffen.
2.1.3. Uit de stukken blijkt dat de Bewonersvereniging rechtspersoonlijkheid bezit. Tevens blijkt uit de statuten van de Bewonersvereniging dat zij ten doel heeft het behartigen van de (collectieve) belangen van de huurders aangesloten bij de vereniging, welke belangenbehartiging betrekking heeft op zowel de woningen als de woonomgeving.
Uit de stukken en het verhandelde ter zitting blijkt verder dat de feitelijke werkzaamheden van de Bewonersvereniging, onder meer, bestaan uit het schrijven van gezamenlijke brieven, het participeren bij voorlichtings- en inspraakavonden, het verstrekken van raad en advies aan belanghebbenden, het optreden als woordvoerder van belanghebbenden en het participeren bij besluitvormingsprocedures. De Afdeling overweegt dat het hierbij ook gaat om werkzaamheden die los staan van juridische procedures of de voorbereiding daarvan.
2.1.4. De Afdeling is gezien de statutaire doelstelling en de feitelijke werkzaamheden van oordeel dat de Bewonersvereniging door het bestreden besluit rechtstreeks wordt getroffen in een belang dat zij in het bijzonder behartigt. Gelet hierop kan de Bewonersvereniging worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht.
2.2. Het college voert aan dat de Bewonersvereniging heeft nagelaten een zienswijze in te dienen. Volgens het college is het beroep reeds daarom niet-ontvankelijk.
2.2.1. Het bestreden besluit is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Ingevolge artikel 3:15 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden in deze procedure zienswijzen over het ontwerp van het besluit naar voren brengen.
Ingevolge artikel 6:13 van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover hier van belang, kan geen beroep worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen zienswijzen als bedoeld in artikel 3:15 naar voren heeft gebracht.
Uit de stukken blijkt dat het college geen ontwerpbesluit heeft opgesteld. Tevens blijkt dat enkel een aantal projectstukken voor een periode van slechts twee weken ter inzage zijn gelegd. Het bestreden besluit is hiermee niet overeenkomstig de op grond van artikel 110c van de Wet geluidhinder te volgen procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht tot stand gekomen. Het kan aan de Bewonersvereniging daarom redelijkerwijs niet worden verweten dat zij geen zienswijzen heeft ingediend. In tegenstelling tot wat het college hierover aanvoert kan niet gesteld worden dat de Belangenvereniging of anderen hierdoor niet zijn benadeeld.
Reeds hierom komt het bestreden besluit wegens strijd met het recht voor vernietiging in aanmerking. De overige bezwaren van de Bewonersvereniging behoeven dan ook geen verdere bespreking.
2.3. Het beroep is gegrond. Het besluit van 7 oktober 2008 komt voor vernietiging in aanmerking.
2.4. Van voor vergoeding in aanmerking komende proceskosten is niet gebleken.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I. verklaart het beroep gegrond;
II. vernietigt het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer van 7 oktober 2008, kenmerk 08.0387478\pv;
III. gelast dat het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer aan Bewonersvereniging W.V.E.M. het door haar voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 288,00 (zegge: tweehonderdachtentachtig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. K. Brink, voorzitter, en mr. W. Sorgdrager en drs. W.J. Deetman, leden, in tegenwoordigheid van drs. G.K. Klap, ambtenaar van Staat.
w.g. Brink w.g. Klap
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 23 september 2009
315.