ECLI:NL:RVS:2009:BK5791

Raad van State

Datum uitspraak
30 november 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200906562/2/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • J.C.K.W. Bartel
  • R.E.A. Matulewicz
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening tegen bestemmingsplan voor nieuwe supermarkt in Joure

Op 1 juli 2009 heeft de raad van de gemeente Skarsterlân het bestemmingsplan "Herziening van het Bestemmingsplan Joure-De Merk/E.A. Borgerstraat" vastgesteld. Tegen dit besluit hebben verzoekers, waaronder de stichting Accolade, beroep ingesteld bij de Raad van State. Verzoekers vorderden een voorlopige voorziening, omdat zij vreesden voor onvoldoende parkeergelegenheid bij de nieuwe supermarkt die in het plan is opgenomen. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek op 16 november 2009 ter zitting behandeld. Verzoekers stelden dat het aantal parkeerplaatsen dat door de raad is voorzien, niet voldoende is voor de verwachte parkeerbehoefte. Ze wezen op eerdere berekeningen die uitkwamen op een hoger aantal benodigde parkeerplaatsen en betoogden dat de raad onvoldoende onderbouwing had gegeven voor de huidige inschatting van 158 parkeerplaatsen.

De voorzitter overwoog dat de raad in redelijkheid gebruik heeft kunnen maken van de CROW-aanbevelingen voor de berekening van de parkeerbehoefte. De voorzitter concludeerde dat de raad voldoende parkeerplaatsen heeft voorzien en dat de argumenten van verzoekers niet overtuigend waren. De voorzitter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat niet was gebleken dat het bestemmingsplan zou leiden tot een onaanvaardbare parkeersituatie. De beslissing werd op 30 november 2009 openbaar uitgesproken.

Uitspraak

200906562/2/R3.
Datum uitspraak: 30 november 2009
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[verzoeker] wonend te [woonplaats], en andere, alle gevestigd te [plaats],
en
de raad van de gemeente Skarsterlân,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 1 juli 2009, kenmerk 66/2009, heeft de raad van de gemeente Skarsterlân (hierna: de raad) het bestemmingsplan "Herziening van het Bestemmingsplan Joure-De Merk/E.A. Borgerstraat" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben [verzoeker] en andere (hierna: [verzoekers]) bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 26 augustus 2009, beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief van 21 september 2009.
Bij eerstgenoemde brief hebben [verzoekers] de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 16 november 2009, waar [verzoekers], vertegenwoordigd door mr. J.W.O. Croockewit, advocaat te Amsterdam, en de raad, vertegenwoordigd door G.C.J. Zaal, ambtenaar in dienst van de gemeente, zijn verschenen.
Voorts is ter zitting de stichting Stichting Accolade (hierna: Accolade), vertegenwoordigd door ir. G. Leistra, werkzaam bij de stichting, als partij gehoord.
2. Overwegingen
2.1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2. Het plan voorziet in de mogelijkheid van de vestiging van een nieuwe supermarkt in Joure, waarbij op de eerste verdieping daarboven dienstverlenende bedrijven en instellingen zijn toegestaan. Desgevraagd is ter zitting namens Accolade meegedeeld dat reeds een concreet bouwplan klaar ligt en derhalve eventueel een bouwvergunning aangevraagd zou kunnen worden, waarmee het spoedeisende karakter van het verzoek is gegeven.
2.3. [verzoekers] betogen dat niet voorzien is in voldoende parkeergelegenheid in de directe nabijheid van de nieuwe supermarkt. Hierdoor vrezen zij dat parkeerproblemen zullen ontstaan en parkeerders zich zullen verspreiden over andere parkeerterreinen in Joure, met voor hen nadelige gevolgen.
Hiertoe voeren zij onder andere aan dat het aantal parkeerplaatsen dat volgens de raad nabij het plangebied aanwezig zal zijn, amper voldoende is voor de berekende parkeerbehoefte. Volgens hen is niet gemotiveerd waarom in 2005 nog werd uitgegaan van een 'gemiddelde' parkeervraag van 178 parkeerplaatsen en nu 158 parkeerplaatsen voldoende worden geacht. Voorts is de aanname in de notitie van BonoTraffics, dat het instellen van een blauwe zone zal leiden tot een verlaging van de parkeerdruk waardoor van de minimale parkeerbehoefte kan worden uitgegaan, niet nader onderbouwd.
Daarnaast gaat manoeuvrerend bevoorradingsverkeer ten koste van het aantal beschikbare parkeerplaatsen en is het onzeker of het maximale aantal parkeerontheffingen, dat ten koste gaat van het aantal beschikbare parkeerplaatsen, kan worden gereguleerd. In de berekening van het beschikbare aantal parkeerplaatsen voor de supermarkt zijn verder ten onrechte 27 parkeerplaatsen meegeteld die zich aan de Borgerstraat, aan de achterkant van de supermarkt, bevinden. Verder is ten onrechte geen rekening gehouden met de 9 nieuwe appartementen die boven het voormalige pand van de Aldi zullen worden gerealiseerd.
2.4. Naar aanleiding van de door de Afdeling uitgesproken gedeeltelijke vernietiging van het goedkeuringsbesluit en de daaraan verbonden gedeeltelijke onthouding van goedkeuring aan het bestemmingsplan "Joure-De Merk/E.A. Borgerstraat" (uitspraak van 28 mei 2008 in zaak nr.
200704655/1) is ten behoeve van het voorliggende plan op 13 oktober 2008 een aanvullende notitie opgesteld door BonoTraffics B.V. inzake de parkeergelegenheid rondom het plangebied.
In dit rapport is vermeld dat voor alle voorzieningen die zich in de bestaande gebouwen rondom het binnenterrein aan de Mounekamp bevinden minimaal 149 parkeerplaatsen benodigd zijn. Bij berekening van dit aantal parkeerplaatsen is gebruik gemaakt van de aanbevelingen van het Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de grond-, water-, wegenbouw- en verkeerstechniek (hierna: CROW), zoals opgenomen in publicatie nr. 182 'Parkeerkencijfers - Basis voor parkeernormering'. Volgens de notitie van BonoTraffics zijn voldoende parkeerplaatsen aanwezig. Er komen 158 parkeerplaatsen, waarvan er 8 niet openbaar zijn, omdat deze door middel van beugels zijn gereserveerd voor de bewoners van een achttal koopappartementen. Hierdoor resteren nog 150 openbare parkeerplaatsen.
2.5. Niet in geschil is dat rondom het plangebied 158 parkeerplaatsen zullen worden verwezenlijkt. Daarvan zullen 131 parkeerplaatsen op het binnenterrein aan de Mounekamp en 27 parkeerplaatsen langs de E.A. Borgerstraat worden aangelegd. Bij het - inmiddels in rechte onaantastbare - verkeersbesluit van 26 mei 2009 is voor al deze parkeerplaatsen een blauwe zone ingesteld, waarbinnen maximaal 1,5 uur geparkeerd mag worden zonder ontheffing.
2.6. Bij het bepalen van het aantal beschikbare parkeerplaatsen ter plaatse heeft de raad in redelijkheid de 27 parkeerplaatsen aan de E.A. Borgerstraat mee kunnen rekenen. Hoewel deze parkeerplaatsen door hun ligging wellicht niet ten dienste zullen staan van bezoekers van de nieuwe supermarkt, is in dit verband van belang dat de totale parkeerbehoefte van 149 parkeerplaatsen niet alleen is gebaseerd op bezoekers van de supermarkt, maar op de totale parkeerbehoefte rondom het plangebied. Andere functies rondom het binnenterrein, waaronder een aantal woningen, de kantoorruimte boven de supermarkt en het daarnaast gelegen kantoorgebouw hebben wel hun ingang aan de E.A. Borgerstraat en deze parkeerplaatsen staan derhalve mede ten dienste van deze functies.
2.7. Met betrekking tot de berekening van het aantal benodigde parkeerplaatsen, overweegt de voorzitter dat [verzoekers] geen argumenten naar voren hebben gebracht op grond waarvan de raad in dit geval geen gebruik mocht maken van de CROW-aanbevelingen. Met betrekking tot supermarkten geven de CROW-aanbevelingen als richtlijn voor de parkeerbehoefte een parkeernorm van minimaal 2,5 tot 4 parkeerplaatsen dan wel 3 tot 4,5 parkeerplaatsen per 100 m2 vloeroppervlak, afhankelijk van de stedelijke zone waarin de supermarkt ligt.
Omdat voor de supermarkt op grond van de planregels maximaal 1.100 m2 verkoopvloeroppervlak is toegestaan, indiceren de CROW-aanbevelingen in dit geval een parkeerbehoefte variërend van 27,5 tot 44 parkeerplaatsen (matig stedelijk gebied) dan wel 33 tot 49,5 parkeerplaatsen (weinig stedelijk gebied). Gelet hierop heeft de raad naar het oordeel van de voorzitter wat betreft de supermarkt in redelijkheid kunnen uitgaan van het aantal van 39 parkeerplaatsen, dat in de notitie van BonoTraffics wordt vermeld.
Voor de overige functies rondom het binnenterrein, waaronder een bibliotheek, kantoorruimtes, een winkel, een restaurant en 57 appartementen is ook door middel van de CROW-aanbevelingen een berekening gemaakt van het benodigde aantal parkeerplaatsen, waarvan de resultaten zijn opgenomen in bijlage 1 bij de notitie. Hieruit blijkt dat voor deze functies bij elkaar 110 parkeerplaatsen benodigd zijn. [verzoekers] hebben niets aangevoerd op grond waarvan aan deze berekening zou moeten worden getwijfeld.
2.8. Voorzover wordt betoogd door [verzoekers] dat niet is onderbouwd waarom van het minimale aantal parkeerplaatsen op basis van de CROW-aanbevelingen wordt uitgegaan, merkt de voorzitter op dat in de plantoelichting is vermeld dat in dit geval van de minimale CROW-aanbevelingen is uitgegaan vanwege de blauwe zone die in het parkeergebied is ingesteld, in verband waarmee minder parkeerplaatsen nodig zijn omdat dit de doorstroming van kortparkeerders bevordert. Ter zitting is namens de raad hier aan toegevoegd dat ten tijde van het oorspronkelijke parkeeronderzoek door BonoTraffics uit 2005 nog geen zekerheid bestond over het instellen van een blauwe zone in het gebied en hierdoor destijds van een hoger aantal parkeerplaatsen is uitgegaan dan thans het geval is.
Als gevolg van het instellen van een blauwe zone mag ter plaatse maximaal 1,5 uur geparkeerd worden. Vooralsnog is aannemelijk dat als gevolg van deze verkeersmaatregel de parkeerplaatsen vaker zullen worden gebruikt en dat hierdoor minder parkeerplaatsen behoeven te worden aangelegd dan oorspronkelijk in 2005 was becijferd. [verzoekers] hebben niets aangevoerd om aan deze gevolgtrekking te twijfelen. De raad kon derhalve in redelijkheid uitgaan van de door BonoTraffics berekende parkeerbehoefte van 149 parkeerplaatsen.
2.9. Ten aanzien van de gestelde structurele bezetting van parkeerplaatsen door vergunninghouders waardoor het aantal beschikbare parkeerplaatsen afneemt, overweegt de voorzitter dat in de berekening van de parkeerbehoefte rekening is gehouden met 39 ontheffingen voor omwonenden en 10 ontheffingen voor de bedrijven en instellingen in de kantoorpanden rondom het binnenterrein. Blijkens de stukken is gelijktijdig met het instellen van de blauwe zone ook een ontheffingenreglement vastgesteld voor het desbetreffende parkeergebied, waarin is bepaald dat maximaal 39 ontheffingen voor omwonenden kunnen worden verleend. Door middel van het ontheffingenreglement kan het aantal structureel bezette parkeerplaatsen onder controle worden gehouden. Omdat bij volledige benutting van het maximale aantal ontheffingen 49 parkeerplaatsen bezet kunnen zijn, resteren hierdoor nog 101 beschikbare parkeerplaatsen. Gelet op de berekening in bijlage 1 bij de notitie van BonoTraffics is dit aantal voldoende voor de overige functies rondom het parkeergebied.
Wat betreft de parkeerplaatsen voor de 9 nieuwe appartementen boven het pand waarin voorheen een ALDI-supermarkt was gevestigd, overweegt de voorzitter dat ter zitting is toegelicht namens de raad dat de bewoners van deze appartementen niet in aanmerking komen voor een ontheffing voor de blauwe zone en derhalve elders dienen te parkeren. Niet weersproken is dat het voormalige pand van de Aldi is gelegen aan De Merk nr. 5. Ingevolge artikel 9, eerste lid, van het ontheffingenreglement dient men aan de E.A. Borgerstraat, de Mounekamp of de Houtmolenstraat te wonen om in aanmerking te komen voor een ontheffing. Dat de realisatie van deze 9 appartementen een nadelige invloed zal hebben op de beschikbaarheid van de 101 resterende parkeerplaatsen, is niet aannemelijk gemaakt door [verzoekers].
2.10. Dat manoeuvrerend bevoorradingsverkeer een nadelige invloed op het aantal beschikbare parkeerplaatsen zou hebben, is niet aannemelijk gemaakt door [verzoekers]. Het laden en lossen dient inpandig te geschieden en niet valt in te zien dat het enkele feit dat vrachtwagens over het parkeerterrein moeten rijden van invloed zal zijn op de beschikbaarheid van de parkeerplaatsen.
2.11. Het vorenstaande leidt de voorzitter tot het oordeel dat vooralsnog niet is gebleken dat het plan zal leiden tot een onaanvaardbare parkeersituatie ter plaatse en dat niet staande kan worden gehouden dat onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, vereist dat in afwachting van de bodemprocedure een voorlopige voorziening wordt getroffen.
2.12. Gelet hierop bestaat aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.
2.13. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. J.C.K.W. Bartel, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. R.E.A. Matulewicz, ambtenaar van Staat.
w.g. Bartel w.g. Matulewicz
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 30 november 2009
45-571.