In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van Baarle-Nassau op 14 juni 2006 een verzoek van [appellant] en anderen afgewezen om handhavend op te treden tegen het gebruik van vijf terreinen door Camping Ponderosa B.V. Bij uitspraak van 13 februari 2009 heeft de rechtbank Breda het beroep van [appellant] en anderen gegrond verklaard en het college opgedragen een nieuw besluit op bezwaar te nemen. Het college heeft op 8 september 2009 de voorzitter van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, hangende de hoger beroepen van [appellant] en anderen tegen de uitspraak van de rechtbank.
De voorzitter heeft het verzoek op 30 november 2009 ter zitting behandeld, waar het college vertegenwoordigd was door H. Marcus en [appellant] en anderen in persoon verschenen. Ook Ponderosa was vertegenwoordigd door mr. W. Krijger. De voorzitter heeft overwogen dat het verzoek om een voorlopige voorziening strekt tot het niet hoeven opvolgen van de uitspraak van de rechtbank in afwachting van de uitspraak op de hoger beroepen. De voorzitter heeft vastgesteld dat het college al geruime tijd voor de indiening van het verzoek had moeten voldoen aan de uitspraak van de rechtbank, en dat het verzoek om een voorlopige voorziening te laat is ingediend.
Gelet op deze overwegingen heeft de voorzitter besloten het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is openbaar uitgesproken op 23 december 2009.