ECLI:NL:RVS:2010:BL6217

Raad van State

Datum uitspraak
25 februari 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200907646/2/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • J.C.K.W. Bartel
  • J. Verbeek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van goedkeuringsbesluit bestemmingsplan 'De Bosrand' te Leudal

Op 25 februari 2010 heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Het college van gedeputeerde staten van Limburg had op 25 augustus 2009 goedkeuring verleend aan het bestemmingsplan 'De Bosrand', vastgesteld door de raad van de gemeente Leudal op 11 november 2008. Tegen dit besluit hebben de verzoekers, wonend te [woonplaats], op 2 oktober 2009 beroep ingesteld en op 12 januari 2010 verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter heeft het verzoek op 22 februari 2010 ter zitting behandeld.

De voorzitter overweegt dat het goedkeuringsbesluit schorsing behoeft om te voorkomen dat het bestemmingsplan de basis blijft voor het verlenen van bouwvergunningen, terwijl er reeds een bouwvergunning voor een woonwagen is verleend. De raad heeft aangegeven dat het besluit op het bezwaar tegen de bouwvergunning niet eerder zal worden genomen dan na de beslissing op het beroep van de verzoekers. Echter, er is geen garantie dat er geen andere bouwaanvragen zullen worden ingediend die het college van burgemeester en wethouders moet beoordelen.

Gezien de voorgeschiedenis van de zaak, het gebruik van de woonwagenlocatie en het belang van de verzoekers om onomkeerbare situaties te voorkomen, heeft de voorzitter besloten om het goedkeuringsbesluit van het college van gedeputeerde staten van Limburg te schorsen. Tevens is het college veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de verzoekers, die op € 437,00 zijn vastgesteld, en het griffierecht van € 150,00 dient ook vergoed te worden. De uitspraak is openbaar gedaan op 25 februari 2010.

Uitspraak

200907646/2/R3.
Datum uitspraak: 25 februari 2010
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[verzoekers], wonend te [woonplaats],
en
het college van gedeputeerde staten van Limburg,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 25 augustus 2009, kenmerk 2009/13364, heeft het college van gedeputeerde staten van Limburg besloten over de goedkeuring van het door de raad van de gemeente Leudal bij besluit van 11 november 2008 vastgestelde bestemmingsplan "De Bosrand".
Tegen dit besluit hebben [verzoekers] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 2 oktober 2009, beroep ingesteld.
Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 12 januari 2010, hebben [verzoekers] de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 22 februari 2010.
2. Overwegingen
2.1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2. Met het plan wordt beoogd een planologische regeling te treffen voor een woonwagenlocatie met tien standplaatsen gelegen aan de Grote Kampweg te Haelen.
2.3. [verzoekers] verzoeken schorsing van het goedkeuringsbesluit. Zij willen voorkomen dat het in werking getreden bestemmingsplan de basis blijft voor het verlenen van bouwvergunningen. Zij wijzen erop dat inmiddels een bouwvergunning voor de oprichting van een woonwagen is verleend. [verzoekers] hebben hiertegen bezwaar gemaakt.
2.4. De raad heeft gesteld dat in overleg met alle betrokkenen het besluit op het bezwaar tegen de verleende bouwvergunning niet eerder zal worden genomen dan nadat op het beroep van [verzoekers] tegen het besluit omtrent goedkeuring van het bestemmingsplan is beslist. Bovendien zal het college van burgemeester en wethouders geen andere bouwvergunningen verlenen voordat op het beroep is beslist.
2.5. Hoewel uit de verklaring van de raad blijkt dat het besluit op het bezwaarschrift tegen de verleende bouwvergunning niet zal worden genomen voordat op het beroep tegen het besluit omtrent goedkeuring van het bestemmingsplan is beslist, is op voorhand niet uit te sluiten dat andere bouwaanvragen zullen worden ingediend waarop het college van burgemeester en wethouders gelet op het bepaalde in de Woningwet voordien zal dienen te beslissen.
Onder deze omstandigheden, mede gelet op de voorgeschiedenis van deze zaak, het feit dat de woonwagenlocatie grotendeels in gebruik is en het belang van [verzoekers] dat voor de behandeling van hun beroep geen onomkeerbare situaties ontstaan, ziet de voorzitter bij afweging van de betrokken belangen aanleiding om de hierna te melden voorlopige voorziening te treffen.
2.6. Het college van gedeputeerde staten van Limburg dient op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
3. Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van het college van gedeputeerde staten van Limburg van 25 augustus 2009, kenmerk 2009/13364;
II. veroordeelt het college van gedeputeerde staten van Limburg tot vergoeding van bij [verzoekers] in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 437,00 (zegge: vierhonderdzevenendertig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, met dien verstande dat betaling aan een van hen bevrijdend werkt ten opzichte van de anderen;
III. gelast dat het college van gedeputeerde staten van Limburg aan [verzoekers] het door hen voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 150,00 (zegge: honderdvijftig euro) vergoedt, met dien verstande dat betaling aan een van hen bevrijdend werkt ten opzichte van de anderen.
Aldus vastgesteld door mr. J.C.K.W. Bartel, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. J. Verbeek, ambtenaar van Staat.
w.g. Bartel w.g. Verbeek
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 25 februari 2010
388.