ECLI:NL:RVS:2010:BM1779

Raad van State

Datum uitspraak
21 april 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200905212/1/H1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • R.W.L. Loeb
  • C.W. Mouton
  • J.C. Kranenburg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vrijstelling bestemmingsplan en bouwvergunning voor rijhal paardensport in Bolsward

In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden, die op 1 juli 2009 de beroepen van appellanten ongegrond verklaarde. De zaak betreft een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Bolsward, dat op 4 maart 2008 vrijstelling van het bestemmingsplan en een bouwvergunning eerste fase verleende aan de Landelijke rijvereniging en ponyclub De Hanzeruiters voor de oprichting van een rijhal voor paardensport met kantine op het perceel Laad en Zaad te Bolsward. Appellanten, bestaande uit [appellante sub 1] en [appellant sub 2], hebben bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar hun bezwaren zijn door het college op 5 augustus 2008 ongegrond verklaard. De rechtbank heeft in haar uitspraak geoordeeld dat de bezwaren van appellanten niet opgingen, wat hen ertoe heeft aangezet om hoger beroep in te stellen bij de Raad van State.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 11 maart 2010 behandeld. Tijdens deze zitting waren de appellanten vertegenwoordigd door hun advocaten, terwijl het college werd vertegenwoordigd door een ambtenaar. De Afdeling heeft overwogen dat het bouwplan in overeenstemming is met het bestemmingsplan, dat op 16 september 2008 door de gemeenteraad van Bolsward is vastgesteld en goedgekeurd door de gedeputeerde staten van Fryslân. De Afdeling concludeert dat de appellanten geen belang hebben bij hun hoger beroep, omdat het bestemmingsplan in rechte onaantastbaar is en de vrijstelling voor de bouwvergunning niet meer ter discussie staat.

De hoger beroepen zijn ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak van de rechtbank is bevestigd. De Raad van State heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 21 april 2010.

Uitspraak

200905212/1/H1.
Datum uitspraak: 21 april 2010
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op de hoger beroepen van:
1. [appellante sub 1] en anderen, gevestigd te [plaats],
2. [appellant sub 2A] en [appellant sub 2B] (hierna gezamenlijk en in enkelvoud: [appellant sub 2]), wonend te [woonplaats],
tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 1 juli 2009 in de zaken nrs. 08/2121 en 08/2107 in het geding tussen:
appellanten
en
het college van burgemeester en wethouders van Bolsward
(hierna: het college)
1. Procesverloop
Bij besluit van 4 maart 2008 heeft het college aan Landelijke rijvereniging en ponyclub De Hanzeruiters (hierna: De Hanzeruiters) vrijstelling van het bestemmingsplan en bouwvergunning eerste fase verleend voor het oprichten van een rijhal paardensport met kantine op het perceel Laad en Zaad te Bolsward (hierna: het perceel).
Bij besluit van 5 augustus 2008 heeft het college de door [appellante sub 1] e.a en [appellant sub 2] daartegen gemaakte bezwaren ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 1 juli 2009, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank de door [appellante sub 1] e.a. en [appellant sub 2] daartegen ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak hebben [appellante sub 1] e.a. bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 17 juli 2009, en [appellant sub 2] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 10 augustus 2009, hoger beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 11 maart 2010, waar [appellante sub 1] e.a., vertegenwoordigd door M. van Dijk-van de Gaast, en [appellant sub 2A], bijgestaan door mr. J. van Groningen, advocaat te Middelharnis, zijn verschenen. Voorts is daar het college, vertegenwoordigd door mr. H.E. de Hoo, werkzaam bij de gemeente, verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Het bouwplan voorziet in de oprichting op het perceel van een rijhal voor de paardensport met kantine met een totale bruto vloeroppervlakte van 1915 m² ten behoeve van De Hanzeruiters.
2.1.1. Bij besluit van 16 september 2008 heeft de raad van de gemeente Bolsward het bestemmingsplan "Bolsward- Buitengebied" (hierna: het bestemmingsplan) vastgesteld. Gedeputeerde staten van Fryslân hebben bij besluit van 17 maart 2009 over de goedkeuring ervan besloten.
Bij uitspraak van 15 september 2009 in zaak nr. 200903997/3/R2 (www.raadvanstate.nl) heeft de Afdeling, voor zover thans van belang, het tegen dat besluit, voor zover daarbij aan de aan het perceel toegekende bestemming "Recreatie - Manege" goedkeuring is verleend, ingestelde beroep ongegrond verklaard. Nu het bestemmingsplan in zoverre in rechte onaantastbaar is, hebben [appellante sub 1] e.a. en [appellant sub 2] in beginsel geen belang bij het door hen ingestelde hoger beroep, voorzover het oordeel van de rechtbank over de vrijstelling daarbij wordt aangevochten. Thans kan ten behoeve van het bouwplan zonder vrijstelling bouwvergunning worden verleend, omdat het niet in strijd is met het bestemmingsplan. Voor zover het al in commerciële activiteiten voorziet, sluit het bestemmingsplan gebruik van het perceel daarvoor niet uit. Ingevolge het bestemmingsplan zijn de voor "Recreatie-Manege" aangewezen gronden onder meer bestemd voor maneges. Op deze gronden mogen onder meer gebouwen ten dienste van deze bestemming, zoals bedrijfsgebouwen, worden opgericht. Voorts worden manege-activiteiten in het bestemmingsplan omschreven als bedrijfsactiviteiten met een publieksgericht karakter, die zijn gericht op het bieden van gelegenheid tot het berijden en verzorgen van paarden en pony's, waaronder het lesgeven, de verhuur of het organiseren van wedstrijden en/of andere hippische evenementen.
Van bijzondere omstandigheden, in verband waarmee niettemin belang bij het ingestelde hoger beroep, voor zover betrekking hebbend op de vrijstelling, moet worden aangenomen, is niet gebleken.
2.2. [appellante sub 1] e.a. en [appellant sub 2] hebben in hoger beroep ten aanzien van de bouwvergunning slechts de in eerste instantie aangevoerde beroepsgronden herhaald en ingelast. Dienaangaande wordt overwogen dat de rechtbank op die gronden is ingegaan en zij geen redenen hebben aangevoerd, waarom de aangevallen uitspraak op dat punt onjuist, dan wel onvolledig is. Gelet hierop, kan het aldus aangevoerde evenmin leiden tot vernietiging van de aangevallen uitspraak.
2.3. De hoger beroepen zijn ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.
2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. R.W.L. Loeb, voorzitter, en mr. C.W. Mouton en mr. J.C. Kranenburg, leden, in tegenwoordigheid van mr. P. Lodder, ambtenaar van Staat.
w.g. Loeb w.g. Lodder
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 21 april 2010
17-564.