ECLI:NL:RVS:2010:BN5677
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- P.J.J. van Buuren
- S.H. Nienhuis
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Verblijfsrecreatieterreinen gemeente Tynaarlo
Op 16 februari 2010 heeft de raad van de gemeente Tynaarlo het bestemmingsplan "Verblijfsrecreatieterreinen" vastgesteld. De vereniging Kampeervereniging Mooi Zeegse, gevestigd te Groningen, heeft hiertegen beroep ingesteld bij de Raad van State, ingekomen op 26 mei 2010. Tegelijkertijd heeft de Kampeervereniging verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek behandeld op 10 augustus 2010, waarbij de Kampeervereniging vertegenwoordigd was door een bestuurslid en de raad door drs. E.D.F. de Boer en drs. J. van Brussel.
De voorzitter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. Het bestemmingsplan regelt de verblijfsrecreatiegebieden in Tynaarlo, waar de Kampeervereniging twee terreinen exploiteert. De Kampeervereniging betoogde dat er ten onrechte geen bouwvlak voor een algemene toiletruimte was opgenomen, ondanks dat deze met een bouwvergunning was gebouwd. Ook werd aangevoerd dat het kamperen met tenten op de gronden niet mogelijk was, wat volgens de Kampeervereniging onterecht was.
De raad heeft ter zitting erkend dat er een bouwvergunning voor de toiletruimte was verleend en dat het kamperen met tenten als bestaand gebruik onder het gebruiksovergangsrecht valt. De voorzitter concludeerde dat er geen onverwijlde spoed was voor het treffen van een voorlopige voorziening. Daarnaast werd betoogd dat tenthuisjes ten onrechte niet als kampeermiddel werden gedefinieerd en dat luifels bij tenthuisjes niet toegestaan waren. De voorzitter oordeelde dat het verzoek om een voorlopige voorziening moest worden afgewezen, omdat de belangenafweging geen aanleiding gaf om hiertoe over te gaan.
De beslissing van de voorzitter was om het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen, zonder proceskostenveroordeling. De uitspraak vond plaats op 24 augustus 2010.