ECLI:NL:RVS:2010:BN6159
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- K. Brink
- R. Teuben
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake ondergrondse inzamelvoorzieningen voor papier en glas in Castricum
Op 3 september 2010 heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. Het verzoek was ingediend door twee verzoekers, wonend in de gemeente Castricum, tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Castricum. Dit besluit, genomen op 7 juli 2009, betrof de aanwijzing van twee locaties voor ondergrondse inzamelvoorzieningen voor papier en glas nabij de kruising van de Hogeweg en de Burgemeester Nieuwenhuijsenstraat te Limmen. Het besluit werd op 6 mei 2010 ter inzage gelegd.
De verzoekers waren van mening dat de plaatsing van deze ondergrondse containers nabij hun woning onaanvaardbaar was. In hun beroep, dat op 26 juli 2010 bij de Raad van State was ingediend, vroegen zij de voorzitter om een voorlopige voorziening te treffen. Tijdens de zitting op 30 augustus 2010 werd het verzoek behandeld, waarbij de verzoekers en vertegenwoordigers van het college aanwezig waren.
De voorzitter oordeelde dat het verzoek om een voorlopige voorziening moest worden afgewezen. Dit oordeel was voorlopig en niet bindend voor de bodemprocedure. De voorzitter merkte op dat het college voornemens was het bestreden besluit in te trekken en een nieuwe procedure te volgen voor de aanwijzing van een locatie voor uitsluitend de ondergrondse glascontainer. Het college had ook toegezegd de reeds geplaatste ondergrondse papiercontainer op korte termijn te verwijderen. Gezien deze omstandigheden was er volgens de voorzitter geen onverwijlde spoed die een voorlopige voorziening vereiste, en werd het verzoek afgewezen. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.