ECLI:NL:RVS:2010:BN7913

Raad van State

Datum uitspraak
22 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200909788/1/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • P.J.J. van Buuren
  • F.W.M. Kooijman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestemmingsplan Multifunctionele Accommodatie Margraten en de bouwhoogte

In deze zaak gaat het om het bestemmingsplan "Multifunctionele Accommodatie Margraten" dat op 20 oktober 2009 door de raad van de gemeente Margraten is vastgesteld. Appellanten hebben tegen dit besluit beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij zij hun gronden aanvulden in januari 2010. De zaak werd behandeld door een enkelvoudige kamer op 16 augustus 2010. De appellanten betogen dat de planregels onvoldoende duidelijk zijn over het peil waaruit de maximale bouwhoogte van de nieuwe accommodatie wordt bepaald. Zij willen dat de bouwhoogte van de nieuwe accommodatie in relatie wordt gebracht tot de bestaande sporthal.

De Raad van State overweegt dat het begrip "peil" voldoende duidelijk is omschreven in de planregels. De maximale bouwhoogte van de nieuwe accommodatie is vastgesteld op 10 meter, wat betekent dat deze niet meer dan 1,60 meter hoger mag zijn dan de bestaande sporthal van 8,60 meter. De raad stelt dat deze bouwhoogte stedenbouwkundig aanvaardbaar is. De Afdeling bestuursrechtspraak is van oordeel dat de planregels voldoende duidelijk zijn en dat de maximale bouwhoogte niet te hoog is in de context van de stedenbouwkundige structuur van Margraten.

De Afdeling concludeert dat de raad zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan bijdraagt aan een goede ruimtelijke ordening. Het beroep van de appellanten wordt ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin op 22 september 2010.

Uitspraak

200909788/1/R3.
Datum uitspraak: 22 september 2010
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellanten], beide wonend te [woonplaats],
en
de raad van de gemeente Margraten,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 20 oktober 2009, kenmerk 2009, IV.1/X, heeft de raad het bestemmingsplan "Multifunctionele Accommodatie Margraten" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben [appellanten] bij brief, bij de Raad van State per faxbericht ingekomen op 16 december 2009, beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief van 12 januari 2010.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 16 augustus 2010, waar de raad, vertegenwoordigd door ing. H. Luth, werkzaam bij de gemeente, is verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Met het plan wordt beoogd een juridisch-planologisch kader te bieden voor de bouw van een nieuwe multifunctionele accommodatie bij de sporthal "De Hoven" te Margraten.
2.2. [appellanten] voeren in beroep aan dat het peil op basis waarvan de maximale toegelaten bouwhoogte van de nieuwe multifunctionele accommodatie wordt bepaald, niet voldoende duidelijk in de planregels is omschreven. Zij willen dat op dit punt in de planregels een relatie wordt gelegd tussen de maximale bouwhoogte van de voorziene accommodatie en de bouwhoogte van de aanwezige sporthal en wel in die zin dat de hoogte van de sporthal tot uitgangspunt wordt genomen voor de hoogte van de nieuwe accommodatie.
2.3. Volgens de raad is het begrip "peil" van waaruit wordt gemeten, voldoende duidelijk omschreven in artikel 2 van de planregels. Uit de desbetreffende aanduiding op de verbeelding blijkt dat de multifunctionele accommodatie maximaal 10 m hoog mag zijn, gemeten vanaf het peil. Feitelijk komt dit erop neer dat de nieuwe accommodatie niet meer dan 1,60 m hoger mag zijn dan de bestaande sporthal, die 8,60 m hoog is. Volgens de raad is de bouwhoogte die het plan voor de accommodatie mogelijk maakt, stedenbouwkundig aanvaardbaar.
2.4. Ingevolge artikel 2 van de planregels wordt bij de toepassing van deze regels het peil als volgt gemeten:
a voor bouwwerken, waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk aan de weg grenst: de hoogte van die weg ter plaatse van de hoofdtoegang vermeerderd met 0,20 m;
b in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende maaiveld of het afgewerkte bouwterrein vermeerderd met 0,20 m.
2.5. Uit de plantoelichting komt naar voren dat de hoofdingang van de multifunctionele accommodatie niet direct grenst aan de weg. Dit betekent dat in het onderhavige geval onderdeel b van artikel 2 van de planregels van toepassing is. De Afdeling is van oordeel dat in het plan voldoende duidelijk is aangegeven wat het peil is van waaruit wordt gemeten en tot welke hoogte de voorziene accommodatie mag worden gebouwd.
2.6. Voor zover [appellanten] hebben willen betogen dat de in het plan maximale toegelaten bouwhoogte van de voorziene accommodatie te hoog is, deelt de Afdeling dat standpunt niet. Hierbij neemt de Afdeling in aanmerking dat de raad onweersproken heeft gesteld dat een bouwhoogte van 10 m geen uitzondering is in de stedenbouwkundige structuur van Margraten.
2.7. In hetgeen [appellanten] hebben aangevoerd ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan in zoverre strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Het beroep is ongegrond.
2.8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. P.J.J. van Buuren, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. F.W.M. Kooijman, ambtenaar van staat.
w.g. Van Buuren w.g. Kooijman
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 22 september 2010
177-661.