ECLI:NL:RVS:2010:BO0209
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H. Troostwijk
- M.R. Poot
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen kapvergunning voor bomen in Nijmegen
In deze zaak gaat het om een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank Arnhem. Het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen had op 16 juni 2009 een kapvergunning verleend voor de kap van 84 bomen, waaronder 54 haagbeuken en 30 paardenkastanjes, gelegen aan de Van Schaeck Mathonsingel te Nijmegen. Dit besluit werd op 24 juni 2009 verzonden. Tegen deze vergunning maakten de verzoekers bezwaar, maar dit werd door het college ongegrond verklaard op 5 november 2009. De rechtbank Arnhem verklaarde op 10 september 2010 het beroep van de verzoekers tegen deze beslissing ook ongegrond. Hierop hebben de verzoekers, bestaande uit vier personen, hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, waarbij zij tevens verzochten om een voorlopige voorziening.
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 30 september 2010 behandeld. Tijdens deze zitting waren de verzoekers en hun advocaat aanwezig, evenals vertegenwoordigers van het college. De voorzitter oordeelde dat er geen aanleiding was om aan te nemen dat de eerdere uitspraak van de rechtbank niet in stand zou blijven. Belangrijk was dat de gekapte bomen binnen een jaar na de oplevering van de parkeergarage zouden worden gecompenseerd door het planten van ongeveer 112 lindes. Gelet op deze overwegingen werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De beslissing werd op 5 oktober 2010 openbaar uitgesproken.