ECLI:NL:RVS:2011:BQ1094
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- P.J.J. van Buuren
- J. Verbeek
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake uitbreiding melkvee- en varkenshouderij
Op 6 april 2011 vond een openbare zitting plaats bij de Raad van State, waar de voorzitter, Staatsraad mr. P.J.J. van Buuren, het verzoek om een voorlopige voorziening behandelde. Verzoeker, wonend te [woonplaats], had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, dat op 20 januari 2011 een reservering voor onttrekking van depositie uit de depositiebank had toegekend aan [belanghebbende] voor de uitbreiding van zijn melkvee- en varkenshouderij aan de [locatie] te [plaats]. Verzoeker verzocht de voorzitter om een voorlopige voorziening te treffen, maar dit verzoek werd afgewezen.
De voorzitter overwoog dat er geen spoedeisend belang was dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigde. Hij merkte op dat de behandeling van het bezwaarschrift van verzoeker op korte termijn zou plaatsvinden, en dat er met het te nemen besluit op bezwaar een nieuw beoordelingsmoment zou ontstaan. Bovendien had [belanghebbende] toegezegd dat de bouw van de nieuwe stal niet voor 1 september 2011 zou beginnen, waardoor het besluit in de tussentijd geen praktische gevolgen zou hebben.
De voorzitter concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door mr. P.J.J. van Buuren, met mr. J. Verbeek als ambtenaar van staat. De beslissing werd vastgelegd in een proces-verbaal van de mondelinge uitspraak, waarin de afwijzing van het verzoek om voorlopige voorziening werd bevestigd.