ECLI:NL:RVS:2011:BQ2670

Raad van State

Datum uitspraak
27 april 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201009406/1/M2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • K. Brink
  • H.J.J. Kalter
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit tot verlening van een revisievergunning voor varkenshouderij

In deze zaak gaat het om een beroep dat is ingesteld door [appellant] tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Bernheze. Op 17 augustus 2010 verleende het college een revisievergunning voor een varkenshouderij aan [vergunninghouder] op een locatie in [plaats]. Dit besluit werd op 20 augustus 2010 ter inzage gelegd. [appellant] heeft op 28 september 2010 beroep ingesteld bij de Raad van State. Het college heeft hierop een verweerschrift ingediend en [appellant] heeft nadere stukken ingediend. De zaak werd door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige kamer, die de zaak op 25 maart 2011 ter zitting heeft behandeld. Tijdens deze zitting was het college vertegenwoordigd door mr. R. Poot en [vergunninghouder] door drs. H.P.W. Havens.

De Afdeling bestuursrechtspraak heeft in haar overwegingen vastgesteld dat [appellant] in zijn beroepschrift enkel heeft verwezen naar de zienswijzen die naar voren zijn gebracht over het ontwerp van het besluit. Het college heeft in het bestreden besluit zijn reactie op deze zienswijzen gegeven, maar [appellant] heeft geen argumenten aangedragen die de reactie van het college onjuist zouden maken. Ook in de nadere stukken die [appellant] heeft ingediend, zijn geen gronden gevonden die het beroep zouden kunnen onderbouwen.

Uiteindelijk heeft de Afdeling het beroep ongegrond verklaard en aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 27 april 2011.

Uitspraak

201009406/1/M2.
Datum uitspraak: 27 april 2011
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te [woonplaats],
en
het college van burgemeester en wethouders van Bernheze,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 17 augustus 2010 heeft het college aan [vergunninghouder] een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een varkenshouderij aan de [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 20 augustus 2010 ter inzage gelegd.
Tegen dit besluit heeft [appellant] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 28 september 2010, beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
[appellant] heeft nadere stukken ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 25 maart 2011, waar het college, vertegenwoordigd door mr. R. Poot, is verschenen. Voorts is [vergunninghouder], vertegenwoordigd door drs. H.P.W. Havens, als partij gehoord.
2. Overwegingen
2.1. [appellant] heeft zich in het beroepschrift beperkt tot het verwijzen naar de over het ontwerp van het besluit naar voren gebrachte zienswijzen. In het bestreden besluit heeft het college zijn reactie daarop gegeven. [appellant] heeft in het beroepschrift geen redenen aangevoerd waarom deze reactie onjuist zou zijn. In de door [appellant] ingediende nadere stukken ziet de Afdeling daarvoor evenmin gronden.
2.2. Het beroep is ongegrond.
2.3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. K. Brink, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. H.J.J. Kalter, ambtenaar van staat.
w.g. Brink w.g. Kalter
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 27 april 2011
492-693.