ECLI:NL:RVS:2011:BR2370
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- K. Brink
- M.P.J.M. van Grinsven
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake instemming evaluatieverslag bodemsanering Rockanje
In deze zaak heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 13 juli 2011 uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening. Het verzoek was ingediend door [verzoeker], wonend te Rockanje, tegen het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland, dat op 17 maart 2011 had ingestemd met een evaluatieverslag van de bodemsanering op een specifieke locatie in Rockanje. De voorzitter heeft het verzoek behandeld op een zitting op 29 juni 2011.
Het verzoeker beoogde te voorkomen dat een bedrag, zoals vastgelegd in een notariële akte van kavelruil en levering van 10 september 2009, zou overgaan naar het Waterschap Hollandse Delta. Dit bedrag zou volgens de akte pas overgaan wanneer de saneringswerkzaamheden aan de ondergrond van een ligboxenstal op de locatie te Rockanje waren afgerond. Verzoeker stelde dat de saneringswerkzaamheden nog niet waren afgerond en dat er sprake was van restverontreiniging.
De voorzitter overwoog dat het besluit tot instemming met het evaluatieverslag niet noodzakelijkerwijs de gevolgen had die verzoeker trachtte te voorkomen, aangezien in de notariële akte niet was vermeld dat de saneringswerkzaamheden waren afgerond op het moment van instemming. Bovendien werd opgemerkt dat de aanwezigheid van restverontreiniging niet automatisch betekende dat het college niet op grond van de Wet bodembescherming had kunnen instemmen met het evaluatieverslag.
Na afweging van de betrokken belangen besloot de voorzitter het verzoek om een voorlopige voorziening af te wijzen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 13 juli 2011.