ECLI:NL:RVS:2011:BU9441
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Th.C. van Sloten
- M.F.N. Pikart-van den Berg
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan 't Ven Hondsberg te Rosmalen
Op 8 juni 2011 heeft de raad van de gemeente 's-Hertogenbosch het bestemmingsplan "'t Ven Hondsberg" vastgesteld. Tegen dit besluit hebben onder meer verzoekers, wonend te Rosmalen, beroep ingesteld bij de Raad van State. Op 2 september 2011 hebben zij beroep aangetekend en op 8 november 2011 verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek op 6 december 2011 behandeld.
De voorzitter oordeelt dat het verzoek van de verzoekers om een voorlopige voorziening niet kan worden ingewilligd. De voorzitter stelt vast dat het bestemmingsplan voorziet in de bouw van drie aaneengeschakelde woningen met een maximale hoogte van 9 meter en vier vrijstaande woningen met een maximale goot- en bouwhoogte van respectievelijk 6,5 en 10 meter. De verzoekers stellen dat deze woningen niet in de omgeving passen en dat er geen behoefte aan is. De voorzitter concludeert echter dat de woningen, gezien de beperkte hoogte en de stedelijke omgeving, wel degelijk in de omgeving passen.
Daarnaast is er geen aanleiding om te veronderstellen dat de raad enkel de commerciële belangen van de projectontwikkelaar heeft betrokken. De raad heeft aangegeven dat hij de bedrijfsbestemming heeft verwijderd om overlast voor omwonenden te voorkomen. Ook is het aantal woningen verlaagd en is de ontsluitingsweg verplaatst naar aanleiding van zienswijzen van omwonenden.
Wat betreft de afstand tot een nabijgelegen tankstation, heeft de raad onderzoek gedaan naar geluid en veiligheid, waaruit blijkt dat de woningen op voldoende afstand staan. De voorzitter ziet geen reden om aan de juistheid van dit onderzoek te twijfelen. Tot slot is er geen aanleiding om te veronderstellen dat de Flora- en faunawet aan de uitvoerbaarheid van het plan in de weg staat. De voorzitter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.