ECLI:NL:RVS:2012:BV6531

Raad van State

Datum uitspraak
17 februari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201112863/2/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • Th.C. van Sloten
  • S. Bechinka
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Glanerbrug 2010

Op 17 oktober 2011 heeft de raad van de gemeente Enschede het bestemmingsplan "Glanerbrug 2010" vastgesteld. Rowo Holding B.V. en anderen hebben hiertegen beroep ingesteld bij de Raad van State, met een verzoek om een voorlopige voorziening, ingediend op 22 december 2011. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek behandeld op 3 februari 2012. Het verzoek richtte zich specifiek op het perceel Nieuw Frieslandstraat 20a, waartegen de aanduidingen "maatschappelijk uitgesloten", "supermarkt uitgesloten" en "detailhandel volumineus" zijn toegekend. Rowo Holding en anderen stelden dat deze aanduidingen onterecht zijn en dat het perceel beter verkoopbaar zou zijn als maatschappelijke voorzieningen en detailhandel, inclusief een supermarkt, zijn toegelaten. De voorzitter overwoog dat het verzoek om schorsing niet aannemelijk maakte dat het gewenste resultaat zou worden bereikt, aangezien potentiële kopers ook bij een schorsing op de hoogte zouden zijn van de planologische wijzigingen. Daarom werd geconcludeerd dat er geen spoedeisend belang was dat een voorlopige voorziening rechtvaardigde. De voorzitter besloot het verzoek af te wijzen en gaf geen voorlopig oordeel over de ontvankelijkheid van Rowo Holding en anderen, voor zover de planregeling voor het perceel ongewijzigd was vastgesteld. Er werd geen proceskostenveroordeling uitgesproken.

Uitspraak

201112863/2/R1.
Datum uitspraak: 17 februari 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Rowo Holding B.V. en anderen, allen gevestigd onderscheidenlijk wonend te Enschede,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Enschede,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 17 oktober 2011 heeft de raad het bestemmingsplan "Glanerbrug 2010" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben onder meer Rowo Holding en anderen bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 21 december 2011, beroep ingesteld.
Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 22 december 2011, hebben Rowo Holding en anderen de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Rowo Holding en anderen hebben nadere stukken ingediend.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 3 februari 2012, waar Rowo Holding en anderen, vertegenwoordigd door mr. J. Bosma, advocaat te Enschede, en de raad, vertegenwoordigd door T.H.A. Polman, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2. Het verzoek om voorlopige voorziening is beperkt tot het perceel Nieuw Frieslandstraat 20a, voor zover aan dit perceel dan wel een gedeelte daarvan de aanduidingen "maatschappelijk uitgesloten", "supermarkt uitgesloten" en "detailhandel volumineus" zijn toegekend. Het verzoek is gericht op schorsing van die aanduidingen.
2.3. Rowo Holding en anderen voeren aan dat een supermarkt, maatschappelijke voorzieningen en detailhandel - anders dan detailhandel in woninginrichting en meubelen - op het gehele perceel dan wel een gedeelte daarvan, ten onrechte niet zijn toegelaten. Dit leidt er onder meer toe dat het filiaal van winkelketen Action op het perceel niet als zodanig is bestemd, aldus Rowo Holding en anderen. Volgens hen is met het verzoek een spoedeisend belang gemoeid, omdat zij het perceel hangende het beroep willen verkopen en het perceel beter verkoopbaar is als daarop maatschappelijke voorzieningen en detailhandel, inclusief een supermarkt, zijn toegelaten.
Hieromtrent overweegt de voorzitter dat Rowo Holding en anderen in zoverre niet zijn gebaat bij een schorsing. Niet aannemelijk is dat dit leidt tot het door hen gewenste resultaat, nu eventuele gegadigden naar verwachting, ook in geval van schorsing, voorafgaand aan de koop zullen informeren naar voorziene of vastgestelde planologische wijzigingen voor het perceel. Indien zij van die wijzigingen op de hoogte zijn, is voorts, gelet op hetgeen hiervoor in 2.1 is overwogen, niet aannemelijk dat zij aan het oordeel van de voorzitter een doorslaggevend gewicht zullen toekennen bij hun beslissing al dan niet tot aankoop van het perceel over te gaan. Derhalve is met het verzoek geen spoedeisend belang gemoeid dat rechtvaardigt dat een voorlopige voorziening wordt getroffen.
2.4. Gelet op het voorgaande ziet de voorzitter aanleiding het verzoek af te wijzen en wordt geen voorlopig oordeel gegeven over de vraag of Rowo Holding en anderen ontvankelijk zijn, voor zover de planregeling voor het perceel Nieuw Frieslandstraat 20a ongewijzigd is vastgesteld.
2.5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. Th.C. van Sloten, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. S. Bechinka, ambtenaar van staat.
w.g. Van Sloten w.g. Bechinka
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 17 februari 2012
371-646.