ECLI:NL:RVS:2012:BW5280

Raad van State

Datum uitspraak
9 mei 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201110075/3/R4
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen tracébesluit A2 's-Hertogenbosch-Eindhoven en wijzigingsbesluit

In deze zaak heeft de Raad van State op 9 mei 2012 uitspraak gedaan over het beroep van een appellant tegen het tracébesluit A2 's-Hertogenbosch-Eindhoven, vastgesteld door de minister van Infrastructuur en Milieu op 6 juni 2011. Het tracébesluit, dat op 16 augustus 2011 ter inzage werd gelegd, voorziet in de wijziging van de Rijksweg A2 tussen aansluiting Veghel en knooppunt Ekkersweijer, inclusief aanpassingen aan de Rijksweg A58. De appellant heeft op 30 januari 2012 beroep ingesteld tegen het tracébesluit, maar heeft geen gronden aangevoerd tegen het wijzigingsbesluit dat op 25 januari 2012 werd vastgesteld. De Raad van State heeft de ontvankelijkheid van het beroep tegen het tracébesluit beoordeeld en vastgesteld dat de beroepstermijn was verlopen. De appellant stelde dat hij door andere verplichtingen, waaronder een procedure bij de Hoge Raad, niet in staat was tijdig beroep in te stellen. De Raad van State oordeelde echter dat deze omstandigheden geen rechtvaardiging boden voor de overschrijding van de termijn. Het beroep tegen het tracébesluit werd daarom niet-ontvankelijk verklaard. Aangezien de appellant geen beroepsgronden had ingediend tegen het wijzigingsbesluit, werd dit beroep ongegrond verklaard. De Raad van State besloot dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

201110075/3/R4.
Datum uitspraak: 9 mei 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te Sas van Gent, gemeente Terneuzen,
en
de minister van Infrastructuur en milieu,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 6 juni 2011 heeft de minister krachtens artikel 15, eerste lid, van de Tracéwet (zoals dat destijds luidde), het tracébesluit A2 's-Hertogenbosch-Eindhoven (hierna: tracébesluit) vastgesteld. Dit besluit is op 16 augustus 2011 ter inzage gelegd.
Bij besluit van 25 januari 2012 heeft de minister krachtens artikel 14, eerste lid, van de Tracéwet het tracébesluit gewijzigd (hierna: het wijzigingsbesluit).
[appellant] heeft binnen de beroepstermijn van het wijzigingsbesluit bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 30 januari 2012, beroep ingesteld tegen het tracébesluit.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 22 maart 2012, waar de minister, vertegenwoordigd door mr. A.J. van der Ven, advocaat te Den Haag, is verschenen.
2. Overwegingen
Het tracébesluit
2.1. Het tracébesluit voorziet - samengevat weergegeven - in de wijziging van de Rijksweg A2 tussen aansluiting Veghel en knooppunt Ekkersweijer. Aansluitend wordt de Rijksweg A58 gewijzigd tussen knooppunt Ekkersweijer en aansluiting Ekkersrijt op de A58. Bij het besluit zijn tevens voor een aantal woningen waarden voor de ten hoogste toelaatbare geluidbelasting vanwege de A2 vastgesteld.
Het wijzigingsbesluit
2.2. Het wijzigingsbesluit betreft wijzigingen van het tracébesluit. Het heeft betrekking op een gewijzigde vaststelling van een aantal hogere waarden, aanpassing van een geluidscherm langs de westzijde van de A2 te Best, wijziging van enkele tracékaarten, aanleg van een houtwal, en wijziging van het aantal hectare houtopstand en het aantal individuele bomen.
Ontvankelijkheid
2.3. Ingevolge artikel 6:7, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) bedraagt de termijn voor het indienen van een beroepschrift zes weken.
Ingevolge artikel 6:8, vierde lid, vangt de beroepstermijn voor een geval als hier aan de orde aan met ingang van de dag na die waarop het besluit overeenkomstig artikel 3:44, eerste lid, onderdeel a, ter inzage is gelegd.
2.4. De terinzagelegging van het tracébesluit ving aan op 16 augustus 2011. De beroepstermijn is derhalve begonnen op 17 augustus 2011 en geëindigd op 27 september 2011.
2.5. [appellant], wonend te Sas van Gent, heeft bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 30 januari 2012, een beroepschrift tegen het tracébesluit ingediend. In dat beroepschrift heeft hij gronden aangevoerd tegen het tracébesluit. Hij heeft geen gronden aangevoerd tegen het wijzigingsbesluit. Tevens heeft hij naar voren gebracht dat hij te laat beroep heeft ingesteld vanwege zijn activiteiten in de bestrijding van criminaliteit in het algemeen en een lopende procedure bij de Hoge Raad der Nederlanden in het bijzonder. Volgens [appellant] heeft hij daar tot december 2011 prioriteit aan gegeven.
2.5.1. Naar het oordeel van de Afdeling is in de door [appellant] gestelde omstandigheden dat hij prioriteit gaf aan andere activiteiten en een andere procedure, geen rechtvaardiging gelegen voor de overschrijding van de beroepstermijn voor zover het betreft het beroep tegen het tracébesluit. De gestelde activiteiten hadden [appellant] niet ervan behoeven te weerhouden om tijdig beroep in te stellen. Het beroep van [appellant] is in zoverre niet-ontvankelijk.
2.6. Nu [appellant] geen beroepsgronden heeft ingediend tegen het wijzigingsbesluit is het beroep in zoverre ongegrond.
2.7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. 3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I. verklaart het beroep tegen het besluit van 6 juni 2011 niet-ontvankelijk ;
II. verklaart het beroep tegen het besluit van 25 januari 2012 ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. W.D.M. van Diepenbeek, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. T.L.J. Drouen, ambtenaar van staat.
w.g. Van Diepenbeek w.g. Drouen
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 9 mei 2012
375-632.