ECLI:NL:RVS:2012:BY3016

Raad van State

Datum uitspraak
5 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201210321/3/A3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • M. Vlasblom
  • C. Sparreboom
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake openbaarmaking rapporten Nederlands Forensisch Instituut

In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam op 21 oktober 2011 een verzoek om openbaarmaking van rapporten van het Nederlands Forensisch Instituut afgewezen. Deze rapporten betroffen de restauratie van het schilderij "Who's afraid of Red Yellow and Blue III" van Barnett Newman, met rapportdata van 28 november 1991 en 19 augustus 1992. Na een bezwaarprocedure heeft het college op 13 maart 2012 het bezwaar ongegrond verklaard. De rechtbank Amsterdam heeft op 25 september 2012 het beroep van de wederpartij gegrond verklaard, het besluit van 13 maart 2012 vernietigd en het college opgedragen om de informatie openbaar te maken binnen zes weken na de uitspraak. Het college heeft hiertegen hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak zonder zitting behandeld. De voorzitter oordeelde dat uitvoering van de aangevallen uitspraak onomkeerbare gevolgen zou hebben, omdat het college de informatie die het niet openbaar wilde maken, alsnog zou moeten vrijgeven. Dit zou niet ongedaan gemaakt kunnen worden. De voorzitter heeft daarom besloten dat het college in afwachting van de uitspraak op het hoger beroep niet hoeft over te gaan tot openbaarmaking van de informatie, zoals eerder door de rechtbank was bepaald.

De beslissing van de voorzitter is genomen om te voorkomen dat het college in een onomkeerbare situatie terechtkomt, waarbij het belang van de openbaarmaking van de informatie niet opweegt tegen het belang van het college om de uitspraak in hoger beroep af te wachten. De voorzitter heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 5 november 2012.

Uitspraak

201210321/3/A3.
Datum uitspraak: 5 november 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) hangende het hoger beroep van:
het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,
verzoeker,
tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 25 september 2012 in zaak nr. 12/1643 in het geding tussen:
[wederpartij]
en
het college.
Procesverloop
Bij besluit van 21 oktober 2011 heeft het college het door [wederpartij] ingediende verzoek om openbaarmaking van de rapporten van het Nederlands Forensisch Instituut van 28 november 1991 en 19 augustus 1992 betreffende de restauratie van het schilderij genaamd "Who's afraid of Red Yellow and Blue III" van Barnett Newman afgewezen.
Bij besluit van 13 maart 2012 heeft het college het door [wederpartij] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 25 september 2012, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank het door [wederpartij] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, het besluit van 13 maart 2012 vernietigd, het besluit van 21 oktober 2011 herroepen, het college opgedragen uiterlijk zes weken na de dag van verzending van haar uitspraak de bovenvermelde informatie openbaar te maken en bepaald dat haar uitspraak in de plaats treedt van het besluit van 13 maart 2012.
Tegen deze uitspraak heeft het college hoger beroep ingesteld. Tevens heeft het college de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1.    De voorzitter doet uitspraak zonder zitting.
2.    Het verzoek heeft geen verdere strekking dan dat bij wijze van voorlopige voorziening wordt bepaald dat het college in afwachting van de uitspraak op het door hem ingestelde hoger beroep geen gevolg behoeft te geven aan de in hoger beroep bestreden uitspraak, voor zover daarin is bepaald dat het college de informatie alsnog openbaar moet maken.
3.    Uitvoering van de aangevallen uitspraak zal tot onomkeerbare gevolgen leiden. Het college zal dan immers de informatie die het naar zijn oordeel mocht weigeren openbaar te maken, alsnog openbaar moeten maken, hetgeen niet meer ongedaan kan worden gemaakt. Het college heeft er belang bij dat een dergelijke situatie wordt voorkomen. Het belang bij openbaarmaking van de informatie brengt niet met zich dat de uitspraak op het hoger beroep niet kan worden afgewacht. Gelet hierop, ziet de voorzitter aanleiding de hierna te melden voorlopige voorziening te treffen.
4.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bepaalt bij wijze van voorlopige voorziening dat het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam niet behoeft over te gaan tot openbaarmaking van de informatie die het volgens de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 25 september 2012 in zaak nr. 12/1643 openbaar moet maken, voordat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.
Aldus vastgesteld door mr. M. Vlasblom, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. C. Sparreboom, ambtenaar van staat.
w.g. Vlasblom    w.g. Sparreboom
voorzitter    ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 5 november 2012
195.