ECLI:NL:RVS:2012:BY5077

Raad van State

Datum uitspraak
28 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201208837/2/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • N.S.J. Koeman
  • M. Priem
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Westzanerdijk te Zaanstad

Op 12 juni 2012 heeft de raad van de gemeente Zaanstad het bestemmingsplan "Westzanerdijk" vastgesteld. Tegen dit besluit heeft [verzoeker] beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 20 november 2012 ter zitting behandeld, waar zowel [verzoeker] als de raad, vertegenwoordigd door mr. A.R.J. Kuijs, aanwezig waren.

In zijn overwegingen stelt de voorzitter dat het oordeel een voorlopig karakter heeft en niet bindend is in de bodemprocedure. [Verzoeker] betoogt dat de bouw- en goothoogtes in het nieuwe bestemmingsplan lager zijn dan in het vorige plan en dat hij recht heeft op dezelfde hoogtes en mogelijkheden voor bedrijfswoningen. Hij stelt dat er een spoedeisend belang is om zijn rechten te waarborgen.

Echter, ter zitting blijkt dat [verzoeker] geen concrete uitbreidingsplannen heeft die door de gewijzigde bouwhoogtes en het nieuwe planologische regime worden belemmerd. De voorzitter concludeert dat er geen spoedeisend belang is en wijst het verzoek af. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De beslissing van de voorzitter is op 28 november 2012 in het openbaar uitgesproken, waarbij de voorzitter, mr. N.S.J. Koeman, en ambtenaar van staat, mr. M. Priem, aanwezig waren.

Uitspraak

201208837/2/R1.
Datum uitspraak: 28 november 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoeker], wonend te Zaandam, gemeente Zaanstad,
en
de raad van de gemeente Zaanstad,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 12 juni 2012 heeft de raad het bestemmingsplan "Westzanerdijk" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer [verzoeker] beroep ingesteld.
[verzoeker] heeft de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 20 november 2012, waar [verzoeker], en de raad, vertegenwoordigd door mr. A.R.J. Kuijs, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
Overwegingen
1.    Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.    [verzoeker] richt zich tegen enkele op de verbeelding opgenomen bouw- en goothoogtes voor zijn gronden aan de [locatie] te Zaandam. Hij stelt dat deze in het vorige bestemmingsplan hoger waren en betoogt dat in het nu voorliggende plan dezelfde hoogtes dienen te worden toegekend. Verder betoogt hij dat dezelfde ruimere mogelijkheden voor het toestaan van bedrijfswoningen dienen te worden toegekend als in het vorige bestemmingsplan. Hij heeft ter zitting verklaard dat met dit verzoek een spoedeisend belang is gemoeid om te bewerkstelligen dat zijn rechten op grond van het vorige plan ongewijzigd blijven.
3.    Ter zitting is vast komen te staan dat [verzoeker] geen concrete uitbreidingsplannen heeft waaraan de gewijzigde maximale bouwhoogtes en het gewijzigde planologische regime met betrekking tot het toestaan van bedrijfswoningen, in de weg staan. De voorzitter overweegt dat reeds hierom geen sprake is van een spoedeisend belang.
4.    Gelet op het voorgaande ziet de voorzitter aanleiding het verzoek af te wijzen.
5.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. N.S.J. Koeman, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. M. Priem, ambtenaar van staat.
w.g. Koeman    w.g. Priem
voorzitter    ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 28 november 2012
646.