201308233/2/R6.
Datum uitspraak: 4 november 2013
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op de verzoeken om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
1. [verzoeker sub 1] en anderen, allen wonend te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer,
2. [verzoeker sub 2] en anderen, allen wonend te Badhoevedorp, gemeente Haarlemmermeer,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Haarlemmermeer,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 4 juli 2013, nummer 2013.0029418, heeft de raad het bestemmingsplan "Badhoevedorp Lijnden-Oost" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben onder meer [verzoeker sub 1] en anderen en [verzoeker sub 2] en anderen beroep ingesteld.
[verzoeker sub 1] en anderen en [verzoeker sub 2] en anderen hebben de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft de verzoeken ter zitting behandeld op 29 oktober 2013, waar [verzoeker sub 1] en anderen, in de persoon van [andere verzoeker], [verzoeker sub 2] en anderen, in de persoon van [andere verzoeker] en bijgestaan door mr. R.P.A. Verschuren, advocaat te Badhoevedorp, en de raad, vertegenwoordigd door J. Oosterhof, drs. N. Lamme en drs. C. Verbeek, allen werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. De voorzitter overweegt omtrent de ontvankelijkheid van het beroep van [verzoeker sub 2] en anderen, voor zover dat is ingesteld door [persoon A], dat [persoon A] niet binnen de beroepstermijn beroep tegen het bestreden besluit heeft ingesteld. Dit geeft de voorzitter grond voor de verwachting dat de Afdeling in de bodemprocedure tot de conclusie zal komen dat het beroep van [verzoeker sub 2] en anderen, voor zover dat is ingediend door [persoon A], niet-ontvankelijk zal worden verklaard.
3. Het plan voorziet in een actueel juridisch planologisch kader waarbij verschillende ontwikkelingen uit het Masterplan Badhoevedorp mogelijk worden gemaakt. Deze ontwikkelingen kunnen onder meer mogelijk worden gemaakt door het toepassen van wijzigingsbevoegdheden. Zo voorziet de wijzigingsbevoegdheid "wro-zone - wijzigingsgebied 5" in de mogelijkheid om ter plaatse van de zogeheten ‘Groene Zoom’ 20 woningen te realiseren en is met de wijzigingsbevoegdheid "wro-zone - wijzigingsgebied 11" beoogd om een mogelijkheid te creëren om de reeds bestaande Kamerlingh Onneslaan door te trekken naar de Schipholweg.
4. Uit de verzoekschriften en het verhandelde ter zitting is naar voren gekomen dat het verzoek van [verzoeker sub 1] en anderen zich richt tegen de wijzigingsbevoegdheid "wro-zone - wijzigingsgebied 5" en dat het verzoek van [verzoeker sub 2] en anderen zich richt tegen de wijzigingsbevoegdheid "wro-zone - wijzigingsgebied 11". Omdat eerst na het inwerkingtreden van een wijzigingsplan, waartegen rechtsmiddelen kunnen worden aangewend, onomkeerbare gevolgen kunnen ontstaan en niet is gebleken dat op korte termijn gebruik zal worden gemaakt van deze wijzigingsbevoegdheden, is de voorzitter van oordeel dat een spoedeisend belang bij het treffen van een voorlopige voorziening ontbreekt. De voorzitter neemt hierbij in aanmerking dat de raad ter zitting heeft aangegeven dat geen toepassing aan deze wijzigingsbevoegdheden zal worden gegeven voordat de Afdeling uitspraak heeft gedaan in de bodemprocedure.
Gelet hierop bestaat aanleiding de verzoeken om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.
5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst de verzoeken af.
Aldus vastgesteld door mr. Th.G. Drupsteen, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. Z. Huszar, ambtenaar van staat.
w.g. Drupsteen w.g. Huszar
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 4 november 2013
533.