ECLI:NL:RVS:2013:1983

Raad van State

Datum uitspraak
8 november 2013
Publicatiedatum
13 november 2013
Zaaknummer
201307137/2/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • Th.G. Drupsteen
  • M.J.G. Driessen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Buitengebied 2009, herziening Hexelseweg 63

Op 18 juni 2013 heeft de raad van de gemeente Wierden het bestemmingsplan "Buitengebied 2009, herziening Hexelseweg 63" vastgesteld. Tegen dit besluit hebben verzoekers, allen wonend te Wierden, beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 29 oktober 2013 ter zitting behandeld. Verzoekers waren vertegenwoordigd door [persoon] en ing. M.H. Middelkamp, terwijl de raad werd vertegenwoordigd door G.J. Sluiskes en M. Stevens-Welleweerd.

De voorzitter oordeelde dat het verzoek om een voorlopige voorziening niet spoedeisend was, omdat de [besloten vennootschap] had toegezegd geen aanvraag om een omgevingsvergunning voor de bouw van een woning op het perceel Hexelseweg 63 in te dienen voordat de Afdeling uitspraak had gedaan in de hoofdzaak. Hierdoor was er geen spoedeisend belang dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigde. Het verzoek werd afgewezen.

Daarnaast oordeelde de voorzitter dat de raad van de gemeente Wierden proceskosten moest vergoeden aan verzoekers, omdat de verklaring van de [besloten vennootschap] pas ter zitting was overgelegd. De totale proceskosten werden vastgesteld op € 520,28, waarvan € 472,- voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De beslissing werd uitgesproken in het openbaar op 8 november 2013.

Uitspraak

201307137/2/R1.
Datum uitspraak: 8 november 2013
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[verzoeker] en anderen, allen wonend te Wierden,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Wierden,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 18 juni 2013 heeft de raad het bestemmingsplan "Buitengebied 2009, herziening Hexelseweg 63" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben [verzoeker] en anderen beroep ingesteld.
Bij deze brief hebben [verzoeker] en anderen de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 29 oktober 2013, waar [verzoeker] en anderen, in de persoon van [persoon], en bijgestaan door ing. M.H. Middelkamp, en de raad, vertegenwoordigd door G.J. Sluiskes en M. Stevens-Welleweerd, beiden werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. Het plan is vastgesteld ter uitvoering van een tussen de gemeente en de [besloten vennootschap] gesloten Rood-voor-Rood-overeenkomst. Als compensatie voor de sloop van vrijgevallen agrarische bebouwing op de percelen Hexelseweg 67 in Wierden en Zuthemerweg 23 in Laag Zuthem, gemeente Raalte, voorziet het plan in de bestemming "Wonen" voor gronden op het perceel Hexelseweg 63.
3. De raad heeft ter zitting verklaard dat door [besloten vennootschap] geen aanvraag om een omgevingsvergunning voor de bouw van een woning op het perceel Hexelseweg 63 is ingediend. Bij brief van 24 oktober 2013 is van de zijde van [besloten vennootschap] toegezegd dat zij geen aanvraag om een omgevingsvergunning voor bouwen zal indienen voordat de Afdeling uitspraak heeft gedaan in de hoofdzaak. Gelet hierop is naar het oordeel van de voorzitter met het verzoek geen spoedeisend belang gemoeid dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt. Het verzoek dient te worden afgewezen.
4. Nu de raad de verklaring van [besloten vennootschap] die dateert van 24 oktober 2013 niet eerder dan ter zitting aan [verzoeker] en anderen heeft overgelegd, is de voorzitter van oordeel dat de raad op na te melden wijze in de proceskosten dient te worden veroordeeld.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. wijst het verzoek af;
II. veroordeelt de raad van de gemeente Wierden tot vergoeding van bij [verzoeker] en anderen in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 520,28 (zegge: vijfhonderdtwintig euro en achtentwintig cent), waarvan € 472,- is toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, met dien verstande dat betaling aan een van hen bevrijdend werkt ten opzichte van de anderen.
Aldus vastgesteld door mr. Th.G. Drupsteen, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. M.J.G. Driessen, ambtenaar van staat.
w.g. Drupsteen w.g. Driessen
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 8 november 2013
634.