ECLI:NL:RVS:2013:2288
Raad van State
- Herziening
- T.G. Drupsteen
- J.C. Kranenburg
- N.S.J. Koeman
- Rechtspraak.nl
Herziening van een eerdere uitspraak inzake inkomensschade en deskundigenkosten door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Op 4 december 2013 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op het verzoek tot herziening van een eerdere uitspraak van 6 februari 2013. Dit verzoek was ingediend door [verzoekster A], [verzoekster B] en [verzoekster C], die gezamenlijk als [verzoekster] worden aangeduid. De eerdere uitspraak betrof de vernietiging van een uitspraak van de rechtbank Zwolle van 9 maart 2011, waarin de door het college van gedeputeerde staten van Overijssel toegepaste kapitalisatiefactor 7 niet onjuist werd geacht en geen vergoeding voor deskundigenkosten werd toegekend. De Afdeling had het college veroordeeld tot vergoeding van deskundigenkosten tot een bedrag van € 2.950,00.
In het verzoekschrift van 12 april 2013 heeft [verzoekster] uiteengezet waarom zij het niet eens was met de eerdere uitspraak. Zij betoogde dat het dictum van de uitspraak van 6 februari 2013 ten onrechte niet vermeldde dat de kosten betrekking hadden op deskundigenkosten die in hoger beroep waren opgekomen, in plaats van de kosten die in de bezwaarprocedure waren gemaakt. De Afdeling overwoog dat het bijzondere rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is om een eerder geschil opnieuw aan de rechter voor te leggen. Bovendien werden er geen nieuwe feiten of omstandigheden aangedragen die aan de voorwaarden van artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht voldeden.
Uiteindelijk heeft de Afdeling het verzoek tot herziening afgewezen, zonder aanleiding te zien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door de voorzitter en twee leden van de Afdeling, in tegenwoordigheid van een ambtenaar van staat, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.