ECLI:NL:RVS:2013:2674
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- N.S.J. Koeman
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Hooglanderveen en Vathorst
Op 20 december 2013 heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening in het geding tussen een verzoekster, gevestigd te Hoogland, en de raad van de gemeente Amersfoort. Dit verzoek volgde op het besluit van de raad van 25 juni 2013, waarbij het bestemmingsplan "Hooglanderveen en Vathorst" werd vastgesteld. De verzoekster, die een afvalverwerkingsbedrijf exploiteert, richtte zich tegen bepaalde bestemmingen in het plan die zich binnen een afstand van 250 meter van haar perceel bevonden. Zij vorderde een voorlopige voorziening om te voorkomen dat er met de bouw van woningen kon worden begonnen.
De voorzitter heeft het verzoek op 16 december 2013 ter zitting behandeld, waar de verzoekster werd vertegenwoordigd door haar directeur en haar advocaat, mr. P. Rens. De raad was vertegenwoordigd door S.E. Eissens-Eigenhuis. Tijdens de zitting werd door de raad een aanvullend stuk ingebracht. De voorzitter oordeelde dat het verzoek om een voorlopige voorziening niet kon worden toegewezen, omdat er geen onomkeerbare gevolgen zouden ontstaan door de inwerkingtreding van het bestemmingsplan. Bovendien was er geen concreet uitzicht op een uitwerkingsplan dat rechtskracht zou verkrijgen.
De voorzitter concludeerde dat het verzoek om een voorlopige voorziening moest worden afgewezen wegens het ontbreken van een spoedeisend belang. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De beslissing werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum, 20 december 2013, door mr. N.S.J. Koeman, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. C.C.V. Fenwick, ambtenaar van staat.