ECLI:NL:RVS:2013:2717
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- W.D.M. van Diepenbeek
- T.L.J. Drouen
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen tracébesluit N18 Varsseveld - Enschede
Op 20 augustus 2013 heeft de minister van Infrastructuur en Milieu het tracébesluit N18 Varsseveld - Enschede vastgesteld op basis van de Tracéwet. Tegen dit besluit heeft een verzoeker, wonend te [woonplaats], beroep ingesteld en tegelijkertijd verzocht om een voorlopige voorziening. Dit verzoek werd behandeld door de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 19 december 2013. De verzoeker betoogde dat het tracébesluit ten onrechte voorziet in het amoveren van zijn woning voor de aanleg van het tracé. Hij wilde voorkomen dat de uitvoering van het tracébesluit zou beginnen voordat er een uitspraak in de bodemprocedure was gedaan.
Tijdens de zitting heeft de minister toegezegd dat er geen werkzaamheden zouden worden verricht voordat de bodemprocedure was afgerond. De voorzitter oordeelde dat er op dat moment geen onverwijlde spoed was die het treffen van de gevraagde voorlopige voorziening rechtvaardigde. De toezegging van de minister dat er pas na de uitspraak in de bodemprocedure werkzaamheden zouden worden verricht, leidde tot de conclusie dat er geen onomkeerbare situatie zou ontstaan, zelfs niet als de minister in de tussentijd vergunningen zou aanvragen.
Daarom werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De voorzitter heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 31 december 2013, waarbij de voorzitter, mr. W.D.M. van Diepenbeek, en de ambtenaar van staat, mr. T.L.J. Drouen, aanwezig waren.