ECLI:NL:RVS:2013:BZ9719
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- M.G.J. Parkins-de Vin
- S. Zwemstra
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening bestemmingsplan Feijenoord
In deze zaak gaat het om een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot het bestemmingsplan "Feijenoord" dat op 16 december 2010 door de raad van de gemeente Rotterdam is vastgesteld. De coöperatie met uitgesloten aansprakelijkheid Coöperatieve Vereniging Made in Feijenoord en de stichting Stichting Vakwerf Feijenoord, beide gevestigd te Rotterdam, hebben tegen dit besluit beroep ingesteld. Tevens hebben zij, samen met een derde verzoekster, verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 2 mei 2013 uitspraak gedaan over deze verzoeken.
De voorzitter heeft overwogen dat bedrijfsmatige activiteiten op gronden met de aanduiding "varende woonschepen toegestaan" niet geoorloofd zijn. Hierdoor kunnen de coöperatie en de stichting niet bereiken wat zij nastreven met hun verzoek om schorsing van het besluit van 20 december 2012. De voorzitter concludeert dat er geen spoedeisend belang is dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt. Bovendien is het verzoek om een planaanpassing te bewerkstelligen te verstrekkend, tenzij er sprake is van uitzonderlijke omstandigheden, wat in dit geval niet is aangetoond.
De voorzitter heeft de verzoeken van de coöperatie en de stichting afgewezen, evenals het verzoek van de derde verzoekster, dat afhankelijk was van de uitkomst van de verzoeken van de coöperatie en de stichting. De beslissing is genomen in aanwezigheid van de betrokken partijen, waarbij de coöperatie en de stichting werden vertegenwoordigd door O.J. Visser en de derde verzoekster door mr. E.T. Sillevis Smitt, advocaat te Rotterdam. De raad werd vertegenwoordigd door mr. E. van Lunteren en C.S. Wieles, beiden werkzaam bij de gemeente Rotterdam. De uitspraak is openbaar gedaan op 2 mei 2013.