201400724/2/R1.
Datum uitspraak: 25 maart 2014
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoekster], gevestigd te Valkenburg aan de Geul,
en
de raad van de gemeente Valkenburg aan de Geul,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 4 november 2013 heeft de raad het bestemmingsplan "Partiële herziening BP Buitengebied 2012 - Rijksweg 8 Berg en Terblijt" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer [verzoekster] beroep ingesteld.
[verzoekster] heeft de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 11 maart 2014, waar [verzoekster], vertegenwoordigd door mr. R.A.H. Vlecken, advocaat te Heerlen, is verschenen.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. [verzoekster] betoogt dat de op 12 december 2013 ter inzage gelegde digitale versie van het plan niet in overeenstemming is met het vaststellingsbesluit. De planregels in die versie bieden ruimere detailhandelsmogelijkheden dan met het besluit naar aanleiding van de gegrond verklaarde zienswijze van [verzoekster] is beoogd. In zoverre verzoekt zij om schorsing van het plan. De omstandigheid dat inmiddels het vaststellingsbesluit opnieuw, maar dan met de correcte digitale versie, ter inzage is gelegd en is gepubliceerd, ontneemt niet het belang bij een voorlopige voorziening, aldus [verzoekster].
2.1. De voorzitter stelt vast dat [verzoekster] zich geheel kan verenigen met het vaststellingsbesluit, waarbij het plan gewijzigd is vastgesteld, in dier voege dat de detailhandelsmogelijkheden ter plaatse van het plangebied zijn beperkt tot het basisassortiment van een tuincentrum. Voorts heeft de raad erkend dat de bij de vaststelling aangebrachte wijzigingen niet correct zijn verwerkt in de versie die in december 2013 op de landelijke voorziening www.ruimtelijkeplannen.nl is gepubliceerd. Om dit gebrek te herstellen is een nieuwe dataset van het digitale plan opgesteld en is het vastgestelde plan vanaf 6 februari 2014 opnieuw ter inzage gelegd. Daarvan is kennis gegeven met een gerectificeerde publicatie in de Staatscourant en "Heuvelland Actueel". De niet met het vaststellingsbesluit overeenstemmende versie is voorafgaand aan de terinzagelegging van de landelijke voorziening verwijderd. [verzoekster] heeft aangegeven dat de versie van het plan zoals die thans op de landelijke voorziening is gepubliceerd, overeenstemt met het vaststellingsbesluit.
Met het verwijderen van de foutieve versie van het plan van de landelijke voorziening, het publiceren hierop van de versie van het plan zoals de raad die heeft vastgesteld en het ter inzage leggen van die versie, is naar het oordeel van de voorzitter de rechtsonzekere situatie die na de eerdere terinzagelegging was ontstaan, weggenomen.
3. Gelet hierop bestaat aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.
4. Nu ten tijde van het indienen van het verzoek om voorlopige voorziening de op de landelijke voorziening www.ruimtelijkeplannen.nl gepubliceerde versie van het plan niet overeenstemde met het vaststellingsbesluit, is de voorzitter van oordeel dat de raad op na te melden wijze in de proceskosten dient te worden veroordeeld.
5. De voorzitter ziet in voormelde omstandigheid tevens aanleiding om de raad te gelasten het door [verzoekster] betaalde griffierecht te vergoeden.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. wijst het verzoek af;
II. veroordeelt de raad van de gemeente Valkenburg aan de Geul tot vergoeding van bij [verzoekster] in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 974,00 (zegge: negenhonderdvierenzeventig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
III. gelast dat de raad van de gemeente Valkenburg aan de Geul aan [verzoekster] het door hem voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 328,00 (zegge: driehonderdachtentwintig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. M.G.J. Parkins-de Vin, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. S. Zwemstra, ambtenaar van staat.
w.g. Parkins-de Vin w.g. Zwemstra
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 25 maart 2014
91.