ECLI:NL:RVS:2014:2240
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- N.S.J. Koeman
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke rechtszaak over wijzigingsplan en omgevingsvergunning in Purmerend met betrekking tot parkeerproblematiek
In deze zaak heeft de Raad van State op 18 juni 2014 uitspraak gedaan over het beroep van een appellant tegen het wijzigingsplan "Hoornsebuurt 2012" en de daarbij verleende omgevingsvergunning door het college van burgemeester en wethouders van Purmerend. De appellant, wonend te Purmerend, betoogde dat de plannen zouden leiden tot een verslechtering van zijn woon- en leefklimaat door een toename van het aantal woningen, wat de bestaande parkeerproblemen zou verergeren. Hij voerde aan dat het college ten onrechte afweek van de geldende parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per woning en dat zijn eerdere beroep tegen een ander bestemmingsplan, dat hij had ingetrokken op basis van toezeggingen van het college, opnieuw in behandeling genomen moest worden.
De Raad van State oordeelde dat het beroep ongegrond was. Het college had volgens de Raad in redelijkheid kunnen afwijken van de parkeernorm, aangezien de plantoelichting aangaf dat de parkeernormen waren gebaseerd op de aanbevelingen van het CROW. De Raad concludeerde dat de voorgestelde ontwikkeling in de Hoornsebuurt, met de toevoeging van 16 nieuwe woningen, niet in strijd was met de geldende normen en dat het college voldoende rekening had gehouden met de belangen van de omwonenden. De appellant had niet aannemelijk gemaakt dat er verwachtingen waren gewekt dat de parkeernorm van 1,3 zou worden gehanteerd, en de Raad zag geen aanleiding om het eerdere beroep van de appellant tegen het bestemmingsplan "Binnenstad 2010" opnieuw in behandeling te nemen, aangezien daar al eerder over was beslist.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging door het college bij het vaststellen van bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen, en bevestigt dat de Raad van State de ruimte heeft om af te wijken van bepaalde normen indien dit goed onderbouwd is. De beslissing van de Raad van State werd genomen in het openbaar en is gepubliceerd op de website van de rechtspraak.