ECLI:NL:RVS:2014:3551

Raad van State

Datum uitspraak
1 oktober 2014
Publicatiedatum
1 oktober 2014
Zaaknummer
201302319/4/R4
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • P.J.J. van Buuren
  • J. Kramer
  • D.J.C. van den Broek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestemmingsplan Dobbewijk en de vernietiging van het besluit van de raad van de gemeente Voorschoten

In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 1 oktober 2014 uitspraak gedaan in het geding tussen Drukkerij Voorschoten B.V. en de raad van de gemeente Voorschoten. Het geschil betreft het bestemmingsplan "Dobbewijk", dat op 20 december 2012 door de raad is vastgesteld. Drukkerij Voorschoten heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarna de raad een verweerschrift heeft ingediend. De zaak is op 23 januari 2014 ter zitting behandeld, waarbij Drukkerij Voorschoten werd vertegenwoordigd door D.P. Rijpsma en C. Rijpsma-Immerzeel, bijgestaan door drs. P.A.J.M. van Bragt. De raad werd vertegenwoordigd door ing. J.W. Geuke en R. van der Mark, bijgestaan door mr. R. Lever, advocaat te Leiden.

De Afdeling heeft eerder op 23 april 2014 een tussenuitspraak gedaan, waarin de raad werd opgedragen om binnen twintig weken het gebrek in het besluit van 20 december 2012 te herstellen. De raad heeft echter om verlenging van deze termijn verzocht, wat is afgewezen. De Afdeling heeft vervolgens bepaald dat een tweede onderzoek ter zitting niet nodig was en het onderzoek gesloten.

In de uitspraak van 1 oktober 2014 oordeelt de Afdeling dat de raad niet heeft voldaan aan de herstelopdracht uit de tussenuitspraak. Het bestreden besluit is vernietigd voor het plandeel met de bestemming "Bedrijf" voor het perceel Dobbeweg 1, omdat dit niet deugdelijk gemotiveerd was. De raad is opgedragen om binnen twaalf weken na de uitspraak een nieuw besluit te nemen, zonder toepassing van afdeling 3.4 van de Awb. Tevens is de raad veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van Drukkerij Voorschoten en het griffierecht.

Uitspraak

201302319/4/R4.
Datum uitspraak: 1 oktober 2014
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Drukkerij Voorschoten B.V., gevestigd te Voorschoten,
appellant,
en
de raad van de gemeente Voorschoten,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 20 december 2012 heeft de raad het bestemmingsplan "Dobbewijk" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft Drukkerij Voorschoten beroep ingesteld.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 23 januari 2014, waar Drukkerij Voorschoten, vertegenwoordigd door D.P. Rijpsma en C. Rijpsma-Immerzeel, bijgestaan door drs. P.A.J.M. van Bragt, en de raad, vertegenwoordigd door ing. J.W. Geuke en R. van der Mark, bijgestaan door mr. R. Lever, advocaat te Leiden, zijn verschenen.
Bij tussenuitspraak van 23 april 2014 in zaak nr. 201302319/1/R4, hierna: de tussenuitspraak), heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen twintig weken na de verzending van de tussenuitspraak het daarin omschreven gebrek in het besluit van 20 december 2012 te herstellen. Deze tussenuitspraak is aangehecht.
Bij brief van 4 september 2014 heeft de raad om verlenging van de termijn van twintig weken verzocht.
Bij brief van 8 september 2014 is dit verzoek afgewezen.
Met toepassing van artikel 8:57, tweede lid, aanhef en onder b, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) heeft de Afdeling bepaald dat een tweede onderzoek ter zitting achterwege blijft.
Vervolgens heeft de Afdeling het onderzoek gesloten.
Overwegingen
1. De tussenuitspraak verplicht, gelet op artikel 8:51a, tweede lid, van de Awb, het gebrek te herstellen binnen de daartoe gestelde termijn. De in de tussenuitspraak opgenomen hersteltermijn, die liep tot 10 september 2014, is ongebruikt verstreken, zodat niet is voldaan aan de door de Afdeling in de tussenuitspraak gegeven opdracht. Het in de tussenuitspraak omschreven gebrek in het besluit van 20 december 2012 is derhalve niet hersteld.
2. Gezien overweging 18.6 van de tussenuitspraak ziet de Afdeling in hetgeen Drukkerij Voorschoten heeft aangevoerd aanleiding voor het oordeel dat het bestreden besluit wat betreft het plandeel met de bestemming "Bedrijf" voor zover toegekend aan het perceel Dobbeweg 1, voor zover ter plaatse geen kantoren op de begane grond zijn toegestaan, niet berust op een deugdelijke motivering.
3. Het beroep is gegrond, zodat het bestreden besluit wat betreft dit plandeel wegens strijd met artikel 3:46 van de Awb dient te worden vernietigd.
4. De Afdeling ziet aanleiding om met toepassing van artikel 8:72, vierde lid, aanhef en onder b, van de Awb, de raad op te dragen om binnen twaalf weken na de verzending van deze uitspraak en met inachtneming van hetgeen in de tussenuitspraak is overwogen een nieuw besluit te nemen. Bij de voorbereiding van het nieuwe besluit behoeft geen toepassing te worden gegeven aan afdeling 3.4 van de Awb.
Proceskosten
5. De raad dient op na te melden wijze tot vergoeding van de proceskosten van Drukkerij Voorschoten te worden veroordeeld.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. verklaart het beroep gegrond;
II. vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Voorschoten van 20 december 2012, kenmerk 2727, voor zover het betreft het plandeel met de bestemming "Bedrijf" voor zover toegekend aan het perceel Dobbeweg 1, voor zover ter plaatse geen kantoren op de begane grond zijn toegestaan;
III. draagt de raad van de gemeente Voorschoten op om binnen twaalf weken na de verzending van deze uitspraak met inachtneming van hetgeen daarin is overwogen een nieuw besluit te nemen en dit op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend te maken;
IV. veroordeelt de raad van de gemeente Voorschoten tot vergoeding van bij de besloten vennootschap Drukkerij Voorschoten B.V. in verband met de behandeling van het beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 974,00 (zegge: negenhonderdvierenzeventig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
V. gelast dat de raad van de gemeente Voorschoten aan de besloten vennootschap Drukkerij Voorschoten B.V. het door hem voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 318,00 (zegge: driehonderdachttien euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. P.J.J. van Buuren, voorzitter, en mr. J. Kramer en mr. D.J.C. van den Broek, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.E. Postma, griffier.
w.g. Van Buuren w.g. Postma
voorzitter griffier
Uitgesproken in het openbaar op 1 oktober 2014
539-731.